Waarom wietzaadjes soms niet uitkomen, en hoe ontkiemen wél moet

Goede wietzaadjes zijn van enorm groot belang voor de kwaliteit en kwantiteit van de uiteindelijke oogst. Deze kunnen helaas ook best prijzig zijn, en dus is het extra zonde als ze niet uitkomen. Gelukkig is dat gemakkelijk te voorkomen als je de valkuilen kent, en weet hoe je wietzaadjes wél moet ontkiemen. 

Als je deze zomer buiten je eigen medicinale wietplanten gaat kweken, dan heb je de wietzaadjes daarvoor misschien al in huis. Waarschijnlijk heb je ze ook heel bewust uitgezocht, voor een specifiek medicinaal effect of voor de eigenschappen van de planten tijdens de groei en bloei. En zou het dan niet zonde van al je tijd, geld en inspanning zijn, als je wietzaadjes niet ontkiemen en uitkomen?

Waarom wietzaadjes soms niet uitkomen

Het komt best vaak voor dat wietzaden niet uitkomen, maar dat ligt eigenlijk maar zelden aan de vruchtbaarheid of wietzaden zelf. Wietzaden hebben namelijk maar weinig nodig om te ontkiemen: een beetje warmte en water is genoeg. Als je de juiste manier (die leggen we zo uit) van ontkiemen toepast, dan komen wietzaadjes eigenlijk altijd uit; tenzij ze al dood waren natuurlijk.

Toch komt het zogezegd wel regelmatig voor dat wietzaadjes niet uitkomen. De grootste valkuil en oorzaak hiervoor, is omdat mensen de wietzaden direct in de grond stoppen. Op school leer je het immers ook zo, en ook in de natuur vallen veel zaadjes gewoon op de grond. Men vergeet hierbij echter dat de natuur een overdaad aan zaadjes produceert, omdat de meesten het niet redden.

Laat je wietzaden dan ook niet in de grond ontkiemen. In de grond kan het te koud zijn, te nat of te droog. De zaden zitten vaak ook te diep in de grond, waardoor ze het licht niet bereiken. Of juist niet diep genoeg waardoor ze uitdrogen.

Wietzaden worden ook regelmatig in een glas met water gestopt, om ze te laten ontkiemen. Deze manier kan werken als je er wat ervaring mee hebt en je zaden op tijd uit het water haalt. Wij raden de methode echter niet aan, omdat wietzaadjes in het water geen zuurstof krijgen en kunnen verdrinken als je ze te lang laat zitten. Lukt het jou niet met deze methode om je zaden uit te laten komen, dan zijn ze waarschijnlijk verdronken.

Hoe wietzaden altijd goed ontkiemen

Gelukkig is er een eenvoudige methode waarop wietzaden altijd goed ontkiemen. Dat is verticaal in een nat papieren koffiefilter in een plastic diepvrieszakje. Je hoeft hierbij niet op te letten hoe nat je het papier maakt of hoe diep je het zaadje plaatst, dus er is geen ruimte voor fouten. Daarnaast hoef je niet op de temperatuur te letten, zolang je het gewoon binnen doet.

Omdat je met deze methode van buitenaf kunt zien of je zaadjes al ontkiemd zijn (door het zakje tegen het licht te houden) is er ook geen kans op beschadiging van het worteltje. Dit in tegenstelling tot de methode waarbij je wietzaden direct in de grond stopt, en ze na een paar dagen weer opgraaft omdat je geen idee hebt of het wel of niet gelukt is.

De koffiefilter methode

De koffiefilter methode werkt als volgt. Neem een ouderwetse koffiefilter (liefst van ongebleekt papier) en knip daar twee kanten van open, zodat je het kunt openvouwen. Maak het papier helemaal nat onder de kraan, en leg het opengevouwen op een plat bord.

Plaats nu je wietzaadjes op één helft van het natte, opengevouwen koffiefilter, met de puntige kant naar je toe gericht. Wietzaadjes hebben een puntige kant, en een kant met een soort navel. De wortel komt bij het ontkiemen namelijk uit de puntige kant, en het is handig als die alvast de goede kant op wijst. Met een schone cocktailprikker of een theelepeltje kun je het zaadje gemakkelijk omdraaien als het verkeerd ligt.

Vouw nu de andere helft van het natte koffiefilter over de zaadjes heen, zodat de zaadjes ertussen liggen. Nu kun je het koffiefilter met zaden en al oppakken, en het in het plastic diepvrieszakje stoppen. Druk de extra lucht uit het zakje en sluit het met de sluiting. Zorg ervoor dat de puntige kanten van de zaadjes naar de onderkant van de plastic diepvrieszak gericht zijn.

Neem vervolgens een stukje plakband, en hang het zakje met daarin het koffiefilter en de wietzaden, aan de binnenkant van een woonkamer- of keukenkast. Omdat de zaden bij kamertemperatuur hangen, zullen ze snel uitkomen. Verder zorgt de verticale positie in de plastic diepvrieszak, ervoor dat de wortels kaarsrecht naar beneden groeien. Dit maakt het na het ontkiemen veel gemakkelijker om ze in de aarde te poten.

Na het ontkiemen

Met de zaden in een nat koffiefilter, in een diepvrieszak en verticaal aan de binnenkant van een kastje, zullen ze binnen 24 tot 72 uur uitgekomen zijn. Afhankelijk van de leeftijd en kiemkracht van de zaden kan het ontkiemen wat meer of minder tijd in beslag nemen. Door het zakje even uit de kast te nemen en tegen het licht te houden, kun je echter gemakkelijk checken of de zaden al een worteltje hebben of niet. Zo niet, dan hang je het zakje gewoon nog even terug in de kast.

Zie je wel een worteltje, wacht dan niet langer. Hoe langer je het worteltje namelijk laat worden, hoe zwakker je zaailing wordt. In het koffiefilter zit immers geen voeding, en je plantje krijgt er ook geen licht. Eigenlijk kun je een uitgekomen wietzaadje daarom het beste meteen in de grond planten, zodra je een wortel of alleen het eerste witte puntje daarvan ziet.

Een uitgekomen zaadje poten

Neem voor het poten het koffiefilter weer uit het plastic zakje, en leg het weer op een plat bord. Vouw het open en pak met een theelepeltje een zaadje op. Wees voorzichtig want een uitgekomen wietzaadje is teer. Het gemakkelijkste is het theelepeltje naast het zaadje te plaatsen en met een cocktailprikkertje het zaadje erop te schuiven. Laat het worteltje over de rand hangen, want dit is makkelijker bij het poten.

Neem een klein plantenpotje met potgrond, en prik in het midden alvast een gaatje voor het worteltje. Laat het worteltje hier voorzichtig in zakken, en druk het lichtjes aan. Doe het zo dat de bovenkant van het zaadje nog net zichtbaar is. Geef met een plantensproeier wat water om af te sluiten. Plaats het potje vervolgens de eerste dagen in een propagator, of dek het af met wat doorzichtig plastic tegen het uitdrogen. Je kunt het geheel ook weer in het diepvrieszakje plaatsen om het tegen uitdroging te beschermen.

Na een dag zal het zaadje al een stukje boven de grond uitsteken. Vanaf dat moment hoef je niet meer bang te zijn dat het heel snel uitdroogt, en kun je het uit de propagator (of ander plastic) halen. Zorg uiteraard wel dat de aarde licht vochtig blijft.

Nog wat valkuilen

Naast de verkeerde ontkiemmethodes, gaat het in het begin ook wel eens mis met cannabis zaailingen door het gebruik van de verkeerde grondsoort of de verkeerde potjes, door een gebrek aan licht, en als het zaadje niet goed uit het hulsje komt.  Vandaar dat we je daar nog even extra op wijzen.

Veel mensen kiezen logischerwijs namelijk voor zaai- en stekgrond, maar dat is niet goed voor wietzaden. Het bevat veel zand en is daardoor te dicht; niet luchtig genoeg. Daarnaast bevat zaai- en stekgrond nauwelijks voeding, en dat hebben zaailingen wel nodig. Gewone potgrond is daarom een veel betere keuze.

Gebruik ook geen biologisch afbreekbare potjes voor cannabis zaailingen. Het lijkt misschien handig omdat je ze dan met pot en al zou kunnen ingraven bij het verpotten. Maar in de praktijk blijkt dat zo’n potje veel te langzaam afbreekt voor een wietplant.

Zorg na het poten van je uitgekomen zaadje ook meteen voor voldoende licht. Doe je dat niet, dan zal een wietplantje te veel gaan strekken, waardoor het dun, zwak en lang wordt en vaak omvalt.

Tenslotte komt het ook weleens voor dat een uitgekomen zaadje zijn zaadhulsje niet goed kan afschudden. Hierdoor blijven de eerste lobblaadjes in het hulsje zitten en kunnen ze ook geen licht opvangen. Als je niks doet gaat zo’n plantje dan dood. In zo’n geval moet je het hulsje voorzichtig van het plantje afpulken. Gebruik je nagels hiervoor of een pincet en wees heel voorzichtig. Verwijder hierbij ook het vliesje dat om de lobblaadjes zit, want dat kan het zaadje als het ware wurgen als het indroogt.

Dit was misschien wel onze meest uitgebreide ontkiem-handleiding, we hopen dat je er wat aan hebt. Veel succes met het ontkiemen van je wietzaden. Verpottten doe je zodra je plantje van bovenaf gezien ruim over de rand van het potje groeit. Op dat moment zie je onder doorgaans ook al wat worteltjes uit het potje groeien.