30% meer opbrengst door wietplanten te snoeien?
Plantentraining: 30% meer wiet oogsten (ten opzichte van ongetrainde wietplanten) door de juiste bladeren op het juiste moment te snoeien.
Stikstof is het belangrijkste mineraal voor wietplanten. Het is dan ook logisch problemen met stikstof regelmatig voorkomen. Niet alleen kunnen wietplanten er te weinig van krijgen, ze kunnen ook bezwijken aan te veel stikstof. Het is dan ook belangrijk om stikstofproblemen bij wietplanten snel op te lossen!
Door de hoeveelheid stikstof in het nieuws zou je bijna vergeten dat planten stikstof juist heel hard nodig hebben. Stikstof is namelijk erg belangrijk voor de aanmaak van groene plantendelen, en daarmee het chlorofyl en dus de groei. Bij een tekort zie je de groene kleur dan ook snel uit je planten trekken, en blijf je met vergeelde bladeren achter.
Stikstof is een van de belangrijkste mineralen voor groene planten zoals cannabis. Ze hebben het mineraal gedurende de hele levenscyclus nodig, maar gebruiken het meeste stikstof tijdens de groeifase. Krijgen ze er te weinig van, dan groeien ze niet goed en zullen de bladeren snel vergelen. Te veel stikstof is echter ook niet goed. Des te belangrijker om de symptomen van stikstofproblemen bij wietplanten te herkennen.
Een tekort aan stikstof zul je bij wietplanten vooral in de groeifase tegenkomen. Dan gebruiken wietplanten namelijk het meeste van het mineraal, dat ze hard nodig hebben om te groeien en om chlorofyl (bladgroen) aan te maken. Het is dan ook niet verwonderlijk dat een tekort aan stikstof resulteert in vergeelde bladeren.
Het vergelen van de bladeren van een wietplant met een gebrek aan stikstof, zie je altijd het eerste aan de onderste bladeren. Dat komt omdat stikstof een van de zogeheten mobiele mineralen is. Dat zijn mineralen die binnen een plant verplaatst kunnen worden.
Bij een tekort zal de plant het aanwezige stikstof dan ook verplaatsen van de minder belangrijke delen naar de belangrijkste. En aangezien de groeipunten ook voor de voortplanting moeten zorgen, offert de plant de laag groeiende schutbladeren daar liever voor op bij een tekort. Zeker als je de vergeling van beneden naar boven ziet trekken, kun je ervan uitgaan dat een wietplant stikstof tekort komt.
Vergelende bladeren aan de onderkant van je wietplant duiden vaak op een tekort aan stikstof. Dat hoeft echter niet te betekenen dat er niet genoeg stikstof in de aarde zit. Negen van de tien keer is het namelijk een opnameprobleem. In dat geval zit er dus wel voldoende stikstof in de bodem maar kan de plant het niet opnemen. Meestal komt dat omdat de zuurtegraad (pH-waarde) rond de wortels niet goed is.
Controleer bij een stikstoftekort daarom altijd eerst even de pH-waarde van je voedingswater. Die zou voor aarde rond de 6 tot 7 moeten zijn. Voor de zekerheid kun je ook de pH-waarde van de aarde zelf even testen. Hiervoor meng je een eetlepel aarde met een glas pH-neutraal water (pH-waarde = 7,0), en laat je het even staan. Daarna kun je de zuurtegraad meten met pH-strips of een pH-meter. Is de pH-waarde duidelijk te laag (onder de 5) of te hoog (boven de 7), probeer de pH-waarde dan te corrigeren middels het voedingswater.
Blijkt de zuurtegraad wel goed (tussen 6 en 7), dan zit er waarschijnlijk wat te weinig stikstof in de grond. Dit zie je vaak als je wietplant in een te kleine pot staat. Gebruik in dat geval wat (meer) groeivoeding voor cannabisplanten om het tekort aan te vullen.
Een overschot aan stikstof komt ook regelmatig voor. De symptomen zijn zwakke stammetjes en heel donkergroene bladeren. Hierbij krullen de bladeren vaak naar beneden, zodat ze de vorm van een soort klauw krijgen, en kunnen de bladpunten verdorren. De symptomen worden vaak verward met een te natte bodem, omdat bladeren daarbij ook omlaag krullen. Bij een stikstof-overschot zijn het echter vaak alleen de bladpunten die het meeste krullen. Bij te natte aarde zie je dat het hele blad omlaag krult.
Wanneer de klauwvormige bladeren vergezeld worden door een diepgroene kleur, heb je waarschijnlijk met een overschot aan stikstof te maken. Daarbij zullen zulke bladeren snel vergelen en afsterven als het stikstof-overschot niet verholpen wordt.
De meeste problemen die kwekers met stikstof hebben worden in feite door een teveel eraan veroorzaakt. Vooral in de bloeifase, wanneer de behoefte aan stikstof daalt, doen de problemen zich voor. In de groeifase heeft een wietplant veel behoefte aan stikstof en zolang je het niet te gek maakt zul je in deze fase ook niet snel met een overschot aan stikstof te maken krijgen.
In de bloeifase hebben wietplanten echter aanzienlijk minder behoefte aan stikstof. Ze hebben het nog wel nodig, maar lang niet meer zo veel. Een overschot zorgt voor een slechte topontwikkeling waardoor je uiteindelijk minder kunt oogsten. Gelukkig is er meer dan genoeg speciale bloeivoeding voor wietplanten verkrijgbaar. Hierin is al rekening gehouden met de verlaagde stikstofbehoefte tijdens de bloeifase.
Heb je een plant met een overschot, dan weet je nu wat de aanwijzingen hiervan zijn: een diepgroene kleur. Bladpunten krullen naar beneden ondanks dat de plant niet te veel water heeft. En de gekrulde bladeren beginnen als eerste te vergelen, en bevinden zich op de hele plant. Nog een aanwijzing is als de problemen verergeren tijdens warmere periodes, omdat de plant dan meer water en dus ook meer stikstof opneemt.
De oplossing van een stikstof-overschot ligt voor de hand; verminder de hoeveelheid stikstof in de plantenvoeding. Wanneer de plant in de bloefase zit, schakel dan over op een bloeivoeding als je dat nog niet deed.
Het probleem kan ook opduiken door het gebruik van sterk bemestte aarde, probeer de aarde in dat geval uit te spoelen met aangezuurd water (pH 6 tot 7). De bladeren die al aangetast zijn zullen niet meer gezond worden, maar het probleem stopt tenminste wel. Hydrokwekers hebben het makkelijker, en kunnen hun voedingswater gewoon vervangen voor voedingswater met de juiste (hoeveelheid en soort) voeding en pH-waarde.