Nu de Wereldgezondheidsorganisatie adviseert om de heilzame eigenschappen van cannabis te erkennen, zijn de Verenigde Naties aan zet. Het is hoog tijd dat zij een 60 jaar oud verdrag aanpassen, maar actie blijft uit. Wetenschapper Aleksi Hupli was aanwezig bij de laatste drugsbijeenkomst van de VN. Hij hekelt het gebrek aan daadkracht. Maar er is ook goed nieuws.
Door Aleksi Hupli, medisch antropoloog en promovendus aan de Universiteit van Tampere, Finland. Met toestemming van Cannabis News Network vertaald naar het Nederlands.
Wereldwijde wettelijke regelgeving voor cannabis is onvermijdelijk. Wat voor vorm die zal aannemen, blijft echter nog een open vraag. We gaan binnenkort een nieuw decennium in, waarin nog steeds behoefte is aan goed doordachte richtlijnen. Een beleid dat prioriteit geeft aan groepen die al betrokken zijn bij de teelt van cannabis, industriële normen die de consument beschermen en mogelijk zijn zonder al te grote investeringen. Maar ook een meer humane benadering van het drugbeleid in het algemeen.
Het High Times-artikel uit 1976.
High Times magazine artikel uit 1976
In High Times Magazine uit 1976 staat een artikel van Larry Simonberg. De titel luidt: ‘The UN´s Secret Vendetta Against Dope’. Ofwel ‘de geheime VN-wraak tegen drugs’. In dit artikel schrijft Simonberg het volgende:
“Een actuele publicatie van de VN schaart opium, cocaïne én cannabis bij elkaar omdat onschuldige mensen in korte tijd ‘een verlangen kunnen ontwikkelen dat leidt tot volledige afhankelijkheid’. Na meer dan een kwart eeuw van wereldwijde feitenverzameling is dit de mening van de Verenigde Naties over cannabis”.
Men zou denken dat in 2019, bijna een halve eeuw later, de mening van de Verenigde Naties over cannabis is geüpgradede naar de 21ste eeuw. Dat is niet zo. Maar gelukkig komen we steeds dichterbij.
Tussen 14 en 22 maart 2019 kwam de Commissie voor Verdovende Middelen (Commission Narcotic Drugs – CND) van de VN voor de 62e keer bijeen in Wenen. De week ervoor werd ook een speciale ministeriële bijeenkomst gehouden. Die kwam voort uit het feit dat de politieke verklaring en het actieplan inzake drugs uit 2009, na tien jaar afliep.
Tijd voor progressie. Maar de politieke resolutie van 2019 faalt wederom te erkennen dat een drugsvrije wereld onmogelijk is. Dit is een volstrekt onhaalbaar doel dat in 1998 is vastgesteld. Volgens een verklaring van het International Drug Policy Consortium, verstikt de ‘Weense consensus’ alle mogelijke vooruitgang in het VN-drugsbeleid:
“Hoewel we erkennen dat de verklaring op sommige gebieden een beperkte vooruitgang betekent, betreuren we dat fouten uit het verleden worden herhaald. En dat er, sinds de goedkeuring van de Politieke Verklaring en het Actieplan inzake Drugs uit 2009, is onderhandeld zonder een echte en eerlijke evaluatie van het afgelopen decennium”.
VN stelt herclassificatie cannabis uit
Vertegenwoordiger van Uruguay leest een verklaring tijdens de CND-plenaire vergadering.
Tijdens de 62e CND werd ook besloten om de VN-stemming over de recente aanbeveling van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) uit te stellen. De WHO adviseert de classificering van cannabis te verschuiven van Schedule IV (de meest restrictieve classificatie, zonder erkend medisch gebruik) naar een minder restrictief niveau. Hoewel het besluit tot uitstel vooraf zichtbaar was op de agenda, was dit toch teleurstellend.
Het uitstel van de stemming werd overigens bekritiseerd door Mexico. En door Uruguay; het eerste land ter wereld dat het niet-medisch gebruik van cannabis wettelijk gereguleerde. Landen als Rusland, Chili, Nigeria en de Verenigde Staten waren voor het uitstel. Een vertegenwoordiger van Uruguay schreef:
“De delegatie van Uruguay verklaart dat we het niet eens zijn met het uitstellen van de noodzakelijke discussie over de aanbeveling van de Wereldgezondheidsorganisatie over de herclassificatie van cannabis. Dit gezien het groeiende wetenschappelijke bewijs dat dit middel gunstig kan zijn voor de behandeling van verschillende gezondheidsproblemen.”
Op moment van schrijven is nog steeds onduidelijk of de stemming later dit jaar alsnog plaatsvindt, tijdens de opnieuw bijeengeroepen zitting van de CND. Of wellicht in 2020, op de 63e CND, zoals werd voorgesteld door de VS.
De praktische implicaties
Laten we voor de grap doen alsof er tijdens de 62e CND wél is gestemd over de aanbeveling van de Wereldgezondheidsorganisatie. Stel je eens voor dat alle VN-lidstaten de WHO-aanbeveling unaniem hebben aanvaard.
Beeld je vervolgens in dat je wakker wordt met het volgende nieuwsbericht:
“De Verenigde Naties maken een einde aan het decennialange verbod op cannabis”.
Wat zou dat betekenen? Met andere woorden: wat zijn de praktische implicaties van het herschikken van cannabis naar een minder restrictieve classificatie. En zijn we daar ook klaar voor?
Ten eerste zou het de medicinale eigenschappen van cannabis in het internationale classificatie-systeem erkennen; iets dat een groeiend aantal lidstaten al op verschillende manieren in hun wetgeving heeft geïmplementeerd (waar onder Nederland), maar wat in de meeste landen nog steeds ontbreekt.
Ten tweede zou het de mogelijkheid tot wetenschappelijk onderzoek volledig openstellen, zoals besproken in een project, genaamd ‘Wetenschap in context: vrijheid van onderzoek met geregistreerde geneesmiddelen”. Dit project wordt onder meer georganiseerd door MAPS en ICEERS.
Aan de andere kant betwist een vertegenwoordiger van de Russische Federatie dat de huidige classificatie landen er niet van weerhoudt om onderzoek te doen:
“In de afgelopen jaren heeft de markt voor medische cannabis zich aanzienlijk ontwikkeld. De aanwezigheid van cannabis in Schedule IV staat deze ontwikkeling niet in de weg”.
Ten derde zal deze ontwikkeling interesse van nationale en internationale bedrijven aanwakkeren om te investeren in legale (medicinale) cannabismarkten. En hoewel dit al gebeurt, bijvoorbeeld in Colombia, is er behoefte aan nationale en internationale ethische richtlijnen. Wetten die ervoor zorgen dat degenen die negatief worden beïnvloed door de ‘oorlog tegen cannabis’, niet buiten beschouwing worden gelaten als de gereguleerde legale cannabismarkt zich uitbreidt.
Drie richtlijnen voor de VN
De CARICOM Marijuana Commission & fair trade-opties.
Tijdens de 62e CBD zijn overigens drie richtlijnen gepubliceerd. De eerste komt van Foundation for Alternative Approaches to Addiction – think & do tank (FAAAT). Het rapport draagt de titel ‘Cannabis & Duurzame Ontwikkeling. De weg vrijmaken voor het volgende decennium in het cannabis- en hennepbeleid‘.
Het tweede voorstel werd op 21 maart gepresenteerd door de regering van Saint Vincent en de Grenadines (een landje in de Caribische Zee), het Transnationale Instituut (TNI) en Intercambios Puerto Rico. Het draagt de titel ‘De CARICOM Cannabis Commissie & optie voor eerlijke handel in de cannabismarkt’.
Daarnaast publiceerden de directeur van TNI, Martin Jelsma, en de directeur van het Global Drug Policy Observatory (GDPO), David Bewley-Taylor, eerder in maart een rapport getiteld ‘Eerlijke(re) Handelsopties voor de cannabismarkt‘. In dit rapport stellen ze dat beleidsmakers op verschillende bestuursniveaus kansen moeten aangrijpen. Kansen die voortkomen uit drastische verschuivingen op de cannabismarkt, zodat de groei van deze markt vorm krijgt. En kansen die ervoor zorgen dat cannabisproducenten de overgang uit de illegaliteit kunnen maken.
Op een vergelijkbare manier worden in de publicatie van FAAAT brede, maar gedetailleerde suggesties gedaan om het cannabis- en hennepbeleid te koppelen aan de SDG’s (Sustainable Development Goals, ofwel duurzame ontwikkelingsdoelen) van de Verenigde Naties in 2030. Ook adviseren zij te linken aan het UNGASS-document van 2016 en internationale mensenrechtennormen.
De CARICOM-publicatie is daarentegen meer gericht op regionale aspecten en landspecifieke context. Beide soorten benaderingen worden belangrijk geacht bij de overgang van een verbod naar marktregulering van cannabis.
Big Pharma & Big Business
Er was veel aandacht voor het gevaar dat Big Pharma en Big Business de cannabismarkt overnemen. [Shutterstock/Lightspring]
Zoals in Colombia is gebleken, trekt de openstelling van de legale markt partijen aan die zich vooral zorgen maken over het maken van winst en het tevreden houden van aandeelhouders. Deze partijen plukken de vruchten van de arbeid van boeren, activisten, onderzoekers en andere vertegenwoordigers van de wereldwijde cannabisbeweging; een groep die decennialang heeft gestreden om de fouten van het verbod te corrigeren. Dit is iets waar de auteurs van alle rapporten ook voor waarschuwen, zoals
hier geïllustreerd door de premier van Jamaica in zijn toespraak, die werd gepresenteerd bij het CARICOM-rapport.
In een video-interview van Drugreporter met Michael Krawitz van FAAAT, Martin Jelsma van TNI en Lisa Sanchez van México Unido Contra la Delincuencia (MUCD) zien de discussianten bovendien een vorm van ‘farmacifering’ van medicinale cannabis. En zij bemerken dat de cannabishervormingsbeweging verzakelijkt.
Martin Jelsma: “Ik denk dat het een van onze volgende grote uitdagingen moet zijn, om deze bedrijfsovername tegen te gaan, zowel in de medische als in de niet-medische legale cannabismarkten.”
Een dergelijke ontwikkeling is uiteindelijk alleen in het voordeel van Big Pharma en Big Business-partijen die de middelen hebben voor studies die nodig zijn voor medische producten. De publicatie van FAAAT stelt ook dat “beleidsmaatregelen in de legale internationale handel ten goede moeten komen aan de bevolking die al generaties lang cannabis verbouwt”.
Is bedrijfsovername cannabis te voorkomen?
Hebben grote bedrijven alles in huis om, zodra wettelijke beperkingen worden opgeheven, de bestaande zwarte markt te vervangen? Is het mogelijk om de ethiek van de cannabisbeweging, gebaseerd op principes van sociale verantwoordelijkheid, in het kapitalistische kader van eigendomsrecht en winstmaximalisatie te brengen? We moeten een begin maken met het beantwoorden van deze vragen. En de hierboven genoemde publicaties zijn een goede plek om te beginnen.
Een andere relevante publicatie die tijdens CND werd uitgebracht, was de International Guidelines on Human Rights and Drug Policy (Internationale richtlijnen voor mensenrechten en drugspolitiek). In combinatie met de verklaring van de leidinggevenden van alle VN-instellingen, waaronder het VN-Bureau voor Drugs en Misdaad (UNODC, die de decriminalisering van persoonlijk gebruik en drugsbezit ondersteunt), denk ik dat dit een historische verschuiving in het internationale drugbeleid markeert naar meer perspectieven voor de volksgezondheid.
Natuurlijk is er nog een lange weg te gaan om een einde te maken aan de drugsoorlog. Het is teleurstellend dat de ‘drugsvrije wereld’-retoriek nog steeds in de voorhoede staat van de vorming van het drugbeleid in veel lidstaten. Tegelijkertijd is het bemoedigend om op te merken dat de betrokkenheid van het maatschappelijk middenveld, vooral van een nieuwe generatie jongerenactivisten, ook terrein wint.
Tegelijkertijd lijkt de afstand tussen landen die klaar zijn om te hervormen en landen die de status-quo willen handhaven, steeds groter te worden. Zoals Drugreporter stelt: “Wat we zien is een polarisatie van meningen in plaats van lineaire vooruitgang”. Maar er wordt vooruitgang geboekt, hoewel langzamer dan velen zouden hopen.
VN-ethiek is nodig
Zoals in de introductie van Cannabis & Duurzame Ontwikkeling staat: “De hervormingsgezinde trends in het cannabisbeleid wereldwijd is een voortdurende beweging die waarschijnlijk niet gestopt zal worden. En hoewel dit hopelijk waar is, benadrukken de auteurs ook dat ethiek nodig is.
Onderdeel van die ethiek is de transparantie vanuit het VN-besluitvormingsproces. De reguliere media waren nauwelijks of helemaal niet aanwezig op de 62e CND. En dat is gek, gezien het aanwezige ministeriële segment, het grote belang en de wereldwijde impact van deze bijeenkomsten.
Moderne informatietechnologieën stellen het maatschappelijk middenveld en andere deelnemers echter in staat om de informatie uit het publiek te halen door middel van tweets, live streaming, video-opname en real time bloggen.
Dus, de “Secret Vendetta Against Dope” van de VN, zoals Simonberg het in zijn High Times-artikel verwoordde, is niet meer zo geheim.
Met dank aan Amy King van FAAAT voor het tonen van het High Times Magazine-artikel.