Zo krijgen jouw wietplanten dikkere stammen
Omdat een wietplant met een dikke stam meer en betere wiet oplevert, zijn hier 3 methodes plus 3 praktische tips voor dikkere stammen.
Als je zelf mediwiet kweekt, heb je ultieme controle over de wietsoort, kweekmethode en kwaliteit. Tijdens dit buitenkweek-seizoen helpen we je daarom graag op weg met een kweekserie. Hierin leer je alle basics, zodat je over een paar maanden je eigen medicinale buitenwiet hebt. In deze aflevering ontdek je vijf succesvolle technieken om wietzaadjes te ontkiemen. Inclusief onze favoriet.
Onlangs startte we deze serie met het uitzoeken van een geschikte medicinale wietsoort. Daarna gaven we tips over het bestellen van de juiste wietzaden. Nu is het moment aangebroken om écht van start te gaan.
In dit artikel leer je vijf methodes om wietzaadjes te ontkiemen, waar je meteen mee aan de slag kan. Realiseer wel dat ontkiemde zaden op zijn vroegst eind april naar buiten kunnen. Veilig is half mei. Dus als je nu ontkiemt, moeten de jonge plantjes minimaal een maand in de vensterbank of in een (verlichte) kweekbak.
BEKIJK OOK: De buitenkweekkalender 2020 – alle belangrijke momenten op een rij
Goed, wat heb je allemaal nodig. Nou, niet veel. In de basis heeft een wietzaadje niet meer nodig dan vocht en een aangename temperatuur om succesvol te ontkiemen. En geduld, dat is ook belangrijk. Laten we die eerst eens nader bekijken.
Tijd om aan de slag te gaan. Verreweg de meest simpele methode om wietzaadjes te ontkiemen is in water. Stop de zaadjes gewoon in een glas water op kamertemperatuur en ververs het dagelijks. Na een paar dagen zie je kleine witte puntjes uit de zaadjes komen. Dat zijn de worteltjes. Nu is het moment om ze te planten. Verderop lees je hoe je dat het beste kan doen.
Het voordeel van deze methode is de snelheid. Vaak heb je binnen twee dagen al een zichtbaar worteltje. Het nadeel is gebrek aan zuurstof. Hierdoor bestaat de kans dat je zaden verliest door verdrinking.
Verdeel alle zaden over de helft van het natte papier en vouw het dubbel. De zaden zitten nu tussen twee natte lagen keukenpapier. Stop dit in een plastic gripzakje (diepvrieszak of grote gripzak van Ikea) en hang dit zakje op in een donkere ruimte op kamertemperatuur. In een keukenkastje bijvoorbeeld.
Het water zal zich op den duur onderin het zakje verzamelen. Leg het zakje om de dag even horizontaal op tafel, zodat het water weer in het papier trekt. Voordeel van de gripzak is dat het vochtig blijft. En de worteltjes groeien naar beneden, ongeacht de positie van de zaden.
Controleer dagelijks of de zaden al worteltjes hebben. Als ze ongeveer 1 tot maximaal 3 centimeter lang zijn, plant je ze in het aarde. Ontkiemen duurt doorgaans een dag of drie, soms een paar dagen langer. Als er na een week niets is gebeurd, kan je uitgaan van een blindganger.
Het voordeel van watten is dat ze veel vocht opnemen. Je bent er dus zeker van dat de zaden in een lekkere vochtige en redelijk luchtige omgeving liggen. Leg ze tussen twee schoteltjes en controleer iedere dag de vochtigheid.
Als watten echter té vochtig zijn, komt er nauwelijks zuurstof bij de wietzaadjes. Bovendien zijn watten heel plakkerig. De kans is daarom groot dat zaadjes aan de opgesponnen katoenharen kleven, als je gaat kijken. En dat is vragen om problemen.
Stop het zaadje een halve tot maximaal 1 centimeter onder de grond en hou de aarde lekker vochtig. De ideale temperatuur is 22 graden Celsius. Na drie tot zeven dagen zal je de eerste zaailingen zien.
Een nadeel van deze methode is dat je niet kan checken of de zaadjes ontkiemen. Bij de hierboven genoemde technieken kan dat wel. En bij de laatste techniek hieronder ook.
Wil je er zeker van zijn dat al je wietzaadjes snel uitkomen? Ontkiem ze dat verticaal (dus net als met keukenpapier) in een nat koffiefilter. Deze methode werkt altijd, tenzij je zaden dood zijn.
Het werkt als volgt. Neem een ongebleekt koffiefilter en maak die nat onder de kraan. Je hoeft het filter niet uit te knijpen. De vocht/zuurstofverhouding is bij deze methode namelijk altijd goed. Plaats de wietzaadjes vervolgens tussen het natte filter en stop dit in een plastic gripzak. Hang die, net als bij het keukenpapier, op in een kast bij kamertemperatuur.
Het grote voordeel van deze methode is dat de wietzaadjes altijd bij het juiste vochtgehalte ontkiemen. Hierdoor komen ze snel uit. Bovendien groeien de worteltjes recht naar beneden. En omdat koffiefilters een beetje doorzichtig zijn, kan je de zaadjes zien zitten. Als je de gripzak tegen het licht houdt, kan je dus zien wat de status is, zonder de zaden aan te raken.
Als het worteltje tussen de één en drie centimeter lang is, doe je het ontkiemde zaadje in de aarde. Maak een klein kuiltje in de aarde van maximaal één centimeter diep. Gebruik een theelepeltje en verplaatst een zaadje van de ontkiemplek naar het kuiltje. Let erop dat het worteltje naar beneden wijst als het in de aarde ligt.
Bedek het zaadje vervolgens met een beetje vochtige, doch luchtige aarde. Stamp het niet aan! Herhaal deze stappen voor alle zaadjes. Duw de aarde rondom de zaadjes wel aan. Hierdoor komt het zaadje iets hoger te liggen dan de rest. Als je vervolgens de lager gelegen aarde rond het zaadje water geeft, wordt het zaadje niet nat terwijl de wortels wel opzoek kunnen naar vocht.
Ga je direct naar buiten met de ontkiemde zaadjes? Dan kan je ze in een grote pot stoppen. Dit scheelt een keer overpotten. Blijven de jonge zaailingen nog even binnen? Dan kan je ze in kleine potjes doen die op de vensterbank passen, of in een (verlichte) kweekbak. Je kan hiervoor ook plastic koffiebekers gebruiken.
Succes met ontkiemen en tot volgende week!
[Openingsfoto: Shutterstock/Door Yarygin]