30% meer opbrengst door wietplanten te snoeien?
Plantentraining: 30% meer wiet oogsten (ten opzichte van ongetrainde wietplanten) door de juiste bladeren op het juiste moment te snoeien.
Vorige week behandelden we de bloeifase; de belangrijkste periode van de wietplant ze haar bloemen ontwikkelt. En dat wordt uiteindelijk de wiet waar jij zoveel baat bij hebt. In dit artikel kijken we naar een van de grootste vijanden van de bloemen: schimmels.
Door de vermeende klimaatveranderingen lijken zomers in Nederland warmer te worden. Ideaal voor wietplanten die buiten groeien en bloeien. Toch valt er in ons land ook nog de nodige neerslag. Met name in de herfst- en wintermaanden. Maar ook in de zomer kan het regelmatig regenen.
Veel vocht is funest voor jouw bloeiende wietplant. Het risico op schimmels neemt namelijk toe. In dit artikel kijken we hoe je een schimmelinfectie herkent en wat je eraan kan doen.
Maar voor we verdergaan, kijken we eerst even terug op wat we tot dusver hebben behandeld:
Schimmel en toprot zijn veelvoorkomende problemen tijdens het buiten kweken van wiet. Het is ook een serieus probleem. Want als je er niet op tijd bij bent, kan het je zomaar een hele plant kosten. Zonde van al het werk! Daarom gaan we samen kijken hoe je schimmels kan ontdekken, verwijderen en (nog beter) voorkomen.
De meest voorkomende schimmels zijn botrytis (toprot) en meeldauw. We bekijken ze hieronder.
Botrytis begint meestal onderaan de plant. Hierdoor is het lastig te ontdekken en ben je er vaak te laat bij. De eerste zichtbare tekenen worden namelijk pas ontdekt als de kleine blaadjes langs de bovenste toppen verwelken. Als je goed kijkt en je ziet van dat donsachtige, grijze, blauwgroene of witte spul (wat je ook aantreft in een bakje kruidenboter dat al maanden over datum is) dan weet je hoe laat het is.
Bij een lage luchtvochtigheid zullen de toppen uitdrogen en afbrokkelen bij aanraking. Bij een hoge luchtvochtigheid veranderen de toppen in een groene drab. Ze zijn in staat van ontbinding. Funest is dat die ontbinding niet altijd aan de oppervlakte plaatsvindt, maar binnenin de toppen. Als je schimmels vermoedt, trek de topjes dan iets uit elkaar zodat je binnenin kan kijken. Als het daar foute boel is, weet je genoeg.
Bij botrytis in een vergevorderd stadium zie je ook kleine, zwarte puntjes in de schimmel. Dit zijn sporen die de schimmel aanmaakt, klaar om zich te verspreiden over de plant en andere planten. Een zuchtje wind is voldoende om het probleem naar de rest van je planten te verplaatsen. Adem deze sporen trouwens niet in en haal de geïnfecteerde plant weg bij je andere planten.
Meeldauw herken je aan een dunne laag wit, poederachtig spul op de bladeren van je plant. En nee, het zijn duidelijk geen trichomen; de witte kristallen waar alle werkzame stoffen in zitten. Meeldauw verspreidt zich razendsnel over de plant waardoor het de fotosynthese remt. Hierdoor sterft je wietplant, omdat ze geen energie meer krijgt van de zon.
Ook meeldauw is in een vroeg stadium helaas lastig te ontdekken. Toch is het niet onmogelijk. Er verschijnen dan namelijk kleine bultjes op geïnfecteerde bladeren. En net als toprot produceert meeldauw ook kleine, zwarte sporen die zich via de lucht kunnen verplaatsen naar andere planten.
Beide schimmels kunnen zowel binnen als buiten voorkomen en allerlei plantensoorten infecteren, niet alleen je wiet. Hierdoor is elke schimmel, binnen of buiten, een mogelijk gevaar voor jouw mediwiet.
Goed, tot zover de horrorscenario’s. Weet dat je veel kan doen om schimmels te voorkomen. Hoe, dat leer je nu.
Zoals je waarschijnlijk al doorhebt, is voorkomen veel beter dan genezen. Een geïnfecteerde plant is soms nog wel te redden (zie verderop) maar het is verre van ideaal.
Er zijn drie criteria die schimmels in de hand werken. Deze zijn:
Om schimmels te voorkomen, is het belangrijk om deze criteria te vermijden. Zeker alle drie tegelijk.
Gaat het op een gegeven moment langdurig regenen? Zet je planten dan onder een afdakje. Staan ze in de open grond? Probeer dan een doorzichtig zeiltje te spannen. Je kan ook eenvoudig een dak maken met lange stukken PVC-buis, plastic zeil, wat touw en tentharingen. Lukt dit allemaal niet? Schud de planten dan goed uit na een regenbui. Zo valt overtollig water van de toppen.
Op de temperatuur heb je natuurlijk weinig invloed als je buiten kweekt. Maar je kan er wel voor zorgen dat ze een briesje krijgen. Staan je planten in een hoek waar geen wind komt, verplaats ze dan naar een plek waar wel wind komt. Ben je bang dat de planten bezwijken onder de wind? Prik dan een bamboestok naast de plant en verbindt ze met een touwtje aan elkaar.
Controleer tijdens een vochtige periode sowieso dagelijks zorgvuldig je planten om schimmels tijdig te ontdekken. Met name planten in de bloeifase zijn gevoelig voor deze schimmels. Dus staan je planten mooi in bloei? Wees dan extra alert.
Zoals we al zeiden, is voorkomen beter dan genezen. Genezen is zelfs een pittige klus, omdat je niet alle schimmels kan zien. Sterker nog, eigenlijk is genezen onmogelijk, hoe vervelend dit ook klinkt. Een klein beetje schimmel over het hoofd zien, betekent namelijk dat je plant een week later weer helemaal onder kan zitten. En als schimmels ergens goed in zijn, is het in verstoppertje spelen.
Heb je te maken met schimmels? Dan moet je eerst overwegen of het überhaupt de moeite waard is om de plant te redden. Als een schimmel zich namelijk settelt in jouw tuin, is het extreem lastig er voor eens en altijd vanaf te komen. Buiten reist de schimmel van plant tot plant. En het nestelt zich in de bodem als mycelium.
Denk je dat de plant – en vooral je oogst – toch nog te redden is? Dan kan je een poging wagen om de schimmels te verwijderen en de besmetting in toom te houden. De kans is groot dat het je veel werk oplevert voor een klein beetje wiet van waarschijnlijk matige kwaliteit. Dus vaak is het beter je verlies te nemen en de geïnfecteerde plant te vernietigen.
Knip om te beginnen alle rotte stukken top weg. Dit is (vooral voor jou) een pijnlijke klus omdat je met een schaar in die kostbare toppen moet knippen. Daarna kan je de plant behandelen met een biologische spray tegen schimmels, zoals ‘Disease Control’ van Serenade of ‘ARTS Fungas Free’. Dit kan helpen om toprot in toom te houden. Verplaats de planten ook naar een warme ruimte met lage luchtvochtigheid. Zet ze bijvoorbeeld even binnen. Dit kan stress opleveren voor de plant, maar dat moet dan maar. Als het je oogst kan redden, is dat het waard.
Bij meeldauw zijn er meer opties. Verwijder allereerst geïnfecteerde bladeren en verplaats de plant naar een warme plek met lage luchtvochtigheid. Spuit vervolgens de plant in met veilige, gespecialiseerde fungiciden die meeldauw aanpakken. Vervolgens is het afwachten of je de infectie onder controle kan houden.
Realiseer je overigens dat deze middelen hun weerslag hebben op de uiteindelijke kwaliteit van de wiet. Het kan smaak, aroma en kwaliteit beïnvloeden. Voorkom dus dat je de toppen overlaadt met spray; zeker als het middel ook chemische stoffen bevat.
Heb je meeldauw in de beginfase ontdekt, dan kan je ook nog deze tips van ‘grootmoeder’ proberen. Voeg twee theelepels appelazijn toe aan 1 liter water en spray dit over je planten. Of maak een mix van 60% melk en 40% water en spuit dat op je planten. Beide kunnen helpen meeldauw te doden, maar succes is helaas niet gegarandeerd. Overigens kan je deze tips ook preventief toepassen.
We hopen dat dit leed je blijft bespaard. En gebeurt het toch, dan moet je op basis van de situatie een besluit nemen. Ga je behandelen? Dan is dat je goed recht. Hopelijk kan je de boel redden en je zal er altijd van leren.
Maar in alle eerlijkheid zijn rigoureuze stappen de beste oplossing. Zonde, dat zeker! Maar je bespaart jezelf een hoop gedoe voor een plant die nooit meer schimmelvrij wordt. Dat betekent dat je wiet ook beschimmeld is. En dat wil je gewoonweg niet.