(advertenties)
(advertentie)

Wil je deze zomer voor het eerst je eigen medicinale cannabis kweken? Dat komt goed uit! Op Mediwietsite helpen we aanstormende mediwiettelers op weg. Deze week kijken we naar enkele voorbereidingen die je nu kan treffen zodat jouw zaailingen na de IJsheiligen meteen naar buiten kunnen.

OPROEP: Wil je jouw kweekervaring delen? Mail ons dan op redactie@mediwietsite.nl.

Heb je de eerste delen van deze kweekserie gemist? Geen nood. Voordat we verdergaan, doen we eerst een resumé. Enkele weken geleden begonnen we de serie met de buitenkweekkalender en het uitzoeken van een geschikte medicinale wietsoort. De week erop deelden we tips over het bestellen van de juiste wietzaden.  En vorige week gaven we vijf techieken om je wietzaadjes succesvol te ontkiemen.

Het startmoment bepalen

Voordat we gaan kijken wat je nodig hebt om succesvol van start te gaan, besteden we eerst nog wat aandacht aan het bepalen van het ideale startmoment. Daar kregen we afgelopen week namelijk een paar vragen over.

Om een indruk te krijgen van de planning van jouw buitenkweek, hebben we  een handige kweekkalender gemaakt. Hierop kan je zien hoe jouw kweek grofweg gaat verlopen. Op deze kalander staat dat je in principe eind maart al kan ontkiemen. Maar dan moeten de plantjes nog wel een tijdje binnen staan, want pas na 14 mei (de IJsheiligen) is het risico op nachtvorst nihil. Toch zou je ze, als het voorjaar vroeg begint, ook eerder buiten kunnen zetten. Je loopt dan wel een risico, want april doet wat ‘ie wil.

Dus, hoe bepaal je nu het startmoment? Zoals je ziet is dat eigenlijk een optelsom van factoren, plus een stukje gevoel. Om je te helpen, hebben we de belangrijkste punten voor je opgesomd. Hiermee kan je zelf bepalen wanneer je overgaat tot ontkiemen en alle opvolgende stappen.

Startpunt bepalen:

  • Ontkiemen duurt ongeveer drie dagen.
  • Daarna duurt het ongeveer een week voordat je een zaailing hebt met twee lobblaadjes en twee gekartelde blaadjes.
  • Vanaf 17 is er meer dan 14 uur zonlicht; genoeg licht om te groeien in de vensterbank.
  • Breekt het voorjaar overduidelijk aan in april en is er geen nachtvorst meer? Dan kunnen je plantjes twee weken na ontkiemen naar buiten.
  • Tussen 11 en 14 mei is het IJsheiligen; een woord voor ‘hierna is de kans op nachtvorst en vorst aan de grond nihil’.
  • Na 14 mei kunnen wietzaden ook direct de grond in. Lees het artikel over ontkiemen na voor meer informatie.
  • Bekijk ook op de soort wiet die je hebt. Autoflowers zijn sneller klaar, dus daar kan je eventueel later mee beginnen. Wil je liever niet zulke grote planten in je tuin? Begin dan ook wat later.

Een zaailing van circa 1 week oud met twee lobblaadjes en twee gekartelde blaadjes. [Shutterstock/King Dragon]

Benodigdheden: aarde en potten

We gaan er voor het gemak vanuit dat je de vorige artikelen in deze serie hebt gelezen. Je bent in het bezit van wietzaadjes en weet hoe je moet ontkiemen. Wat heb je daarna nodig? Eigenlijk niet zo heel veel: aarde en potten.

Het eerste potje

Is je zaadje ontkiemd en gaat de jonge zaailing niet meteen naar buiten? Doe het onkiemde zaadje dan in een klein potje van maximaal 1 liter. Staan je planten niet zo lang binnen, dan volstaat een plastic koffiebekertje ook.

De juiste aarde

Vul je potten met vruchtbare potgrond uit het tuincentrum. Of zoek een growshop in de buurt en vraag om een zak aarde voor wietplantjes. Daar zit vaak ook nog wat perliet in om de aarde luchtig te houden. Gebruik in ieder geval geen bemeste tuinaarde. Die is te zuur voor jonge zaailingen.

Verpotten of volle grond?

Een paar weken later, als het zonnetje haar werk doet en het voorjaar begint, kunnen de jonge wietplanten naar buiten. Nu sta je voor de keuze: ga ik verpotten of stop ik ze in de volle grond?

Deze beslissing is eenvoudiger dan je denkt. Vraag jezelf af of je beheersbare planten wilt of grote struiken met veel oogst. Wil je beheersbare planten? Kies dan een pot. Het wortelstelsel blijft dan beperkt en daarmee ook de grootte van je plant. Bovendien kan je potten eenvoudig verplaatsen voor meer zon. Of om je planten te beschermen tegen regen, zodat je toppen niet rotten.

In de volle grond krijgen de wortels alle ruimte. En hoe meer wortels, hoe meer voeding en water de plant opneemt. Hierdoor kunnen wietplanten uitgroeien tot grote struiken met maximale oogst. Tegelijkertijd stijgt het risico op klachten uit de buurt door geuroverlast. En de planten vallen veel meer op.

Ook in de volle grond is het trouwens aan te raden om je planten uit de regen te houden. Bouw bijvoorbeeld een klein afdakje voor de laatste weken bloei (of tijdens een natte zomer). Met wat hout en een stuk zeil kom je al een heel eind.

Grootte van de pot

Wietplanten in de volle grond kunnen behoorlijk groot worden.

Ga je voor een pot? Dan is het nu tijd om de grootte te bepalen. Weet dat de vorm en het materiaal niet uitmaken. Wat wel belangrijk is, zijn gaatjes onderin zodat overvloedig regenwater kan wegstromen.

Heb je autoflower wietzaadjes? Dan is de potkeuze snel gemaakt. Deze planten worden niet zo heel groot, dus een pot van 15 tot 20 liter volstaat.

Heb je gefeminiseerde zaadjes? Afhankelijk van de soort, worden wietplanten dan meestal groter dan autoflowers. Nogmaals, hoe groter de pot hoe groter de plant. Houd daarom het volgende aan:

  • 15 – 20 liter: wietplant van ongeveer 50 – 70 centimeter
  • 20 – 30 liter: wietplant van ongeveer 100 centimeter
  • > 30 liter: wietplant kan anderhalve meter hoog worden

Volle grond voorbereiden

Kies je voor de volle grond? Dan hoef je geen tuinaarde te halen. Het is echter wel raadzaam om de grond voor te bereiden. De penwortel zal diep gaan graven, op zoek naar water en voeding. En de wortels zullen breed vertakken. Ook worden ze dus een flink stuk groter dan in een pot.

Voorbewerken doe je een week of vier voordat de zaailing naar buiten gaat. Spit de grond goed om met een schop zodat er verse lucht bij komt. Wil je het goed doen, koop dan wormenmest. Dit is een natuurlijke bodemverbeteraar op basis van gecomposteerde plantenresten. Het bevat veel sporenelementen, mineralen en enzymen. Meng dit door de omgespitte aarde zodat het bodemleven goed op gang komt. Eigenlijk zorg je ervoor dat de aarde gaat leven en dat vinden jouw wietplantjes fijn.

Voeding en overige benodigdheden

Als je toch boodschappen gaat doen, verdiep je dan ook in voeding. Koop geen standaard plantenvoeding in het tuincentrum, maar ga naar een kweekwinkel (growshop) die gespecialiseerd is in wietplanten. Of kijk online. Er zijn namelijk tal van voedingsmiddelen speciaal voor wietplanten die precies de juiste bestanddelen bevatten.

Voeding

Er zijn verschillende producten op de markt. Om je een idee te geven:

  • Wortelstimulator: gebruik je in het begin om de wortelgroei te boosten.
  • Voeding tijdens de groeifase: speciaal voor de eerste weken van de wietplant.
  • Voeding tijdens de bloeifase: voeding die is afgestemd op de weken waarin de wiettoppen bloeien.

We komen hier in een later stadium nog op terug. In de tussentijd kan je je alvast inlezen of laten voorlichten. Heb je een goede aarde en wil je het jezelf niet te moeilijk maken? Dan heb je de komende weken sowieso niet perse iets extra’s nodig.

Bamboestokjes

Met bamboestokjes kan je de planten ondersteunen. [Shutterstock/King Dragon]

Wat wel handig is om alvast te kopen zijn bamboestokjes. Prik die circa 10 centimeter naast de in je pot of de volle grond. Hiermee kan je voorkomen dat de wietplant knakt door de wind, of later als de toppen heel zwaar worden. Verbind, indien nodig, simpelweg de bamboestok met touwtje of dichtbinder van een vuilniszak.

Onderstel met wieltjes

Ga je voor potten? Dan kan je eventueel onderstellen kopen met wieltjes. Zet hier je potten op zodat je ze eenvoudig kan verplaatsen. Verkrijgbaar bij de meeste tuincentra of Ikea.

Resumé

Kortom, wat heb je allemaal nodig?

  • 5 kleine potjes van maximaal 1 liter met gaatjes.
  • 5 grote potten van 15 tot 30 liter, afhankelijk van soort en persoonlijke wensen.
  • Vruchtbare potgrond of potgrond speciaal voor wietplanten (growshop).
  • Onderstel met wieltjes (optioneel voor potten).
  • Een schop (open grond).
  • Wormenmest (optioneel voor open grond).
  • Bamboestokjes.
  • Voeding (optioneel voor nu, later wellicht wel nodig).

Dat was het voor nu. Succes met inkopen en onkiemen, als je daar eerdaags mee begint. Volgende week gaan we dieper in op de groeifase van jouw wietplantjes.

[Openingsfoto: Shutterstock/Roxana Gonzalez]