30% meer opbrengst door wietplanten te snoeien?
Plantentraining: 30% meer wiet oogsten (ten opzichte van ongetrainde wietplanten) door de juiste bladeren op het juiste moment te snoeien.
De zomer was niet opperbest maar nu het weer wat zonniger is komt oogsttijd binnenkort toch in zicht. Om je daar mee op weg te helpen is hier onze allerkortste oogst, droog en cure handleiding. Niet te veel leeswerk want je hebt al genoeg te doen tijdens de oogst.
Deze korte oogst, droog en cure handleiding is niet alleen voor autoflowers of buitenwiet. Je kunt hem dus gewoon voor de oogst van iedere wietplant gebruiken. Maar laten we niet te ver afdwalen, we zouden het immers kort houden.
De eerste taak bij het oogsten, is het plukken van de grote schutbladeren. Dit zijn alle bladeren met een duidelijk zichtbare steel. Plukken gaat het snelste met je handen, maar in sommige gevallen heb je er misschien een schaartje bij nodig. Laat je plant bij het plukken nog even lekker in de grond staan, dan hoef je hem niet vast te houden tijdens het plukken.
De volgende stap is het knippen van de suikerblaadjes. Dit zijn alle blaadjes die nu nog uit de toppen prikken. Deze bevatten vaak nog veel trichomen (harskliertjes met THC, CBD, andere cannabinoïden en terpenen) dus knip even boven een dienblad of iets dergelijks om de suikerblaadjes op te vangen.
Het knippen gaat het beste met een scherp en puntig schaartje, en per één tak tegelijk. Knip dus een mooie tak af en ga er even voor zitten. Knip de blaadjes zo dicht mogelijk bij de toppen af, dat zorgt voor de mooist ogende toppen.
Nat of droog knippen?
Je kunt je wiet trouwens ook eerst laten drogen en daarna pas de suikerblaadjes eraf knippen. Dit maakt de oogst een stuk sneller want dan kun je na het plukken van de schutbladeren meteen over naar stap 3: drogen. Als je voor eigen gebruik kweekt is dit een prima manier, je kunt de suikerblaadjes dan zelfs laten zitten tot je gaat roken. Nat knippen geeft esthetisch gezien de mooiste toppen maar eerst laten drogen kan makkelijker zijn.
Wanneer de suikerblaadjes droog zijn, zijn ze vaak heel broos en ‘krokant’ en breken ze vaak al van de top af wanneer je ze naar beneden buigt.
Drogen doe je bij voorkeur in een donkere ruimte waarin de lucht langzaam ververst wordt. Een lege kweektent waar alleen de afzuiger zachtjes draait is ideaal, maar een donkere kast kan ook. Het is het beste wanneer de wiet langzaam – in een dag of tien – droogt. Hang de takken ondersteboven op (aan een waslijntje, of klerenhangers oid) in de droogruimte.
Wiettoppen kunnen na een tijdje drogen aan de buitenkant soms droog aanvoelen, terwijl ze aan de binnenkant nog te nat zijn. Doe daarom de knak-test om te bepalen of je wiet droog genoeg is; buig een paar stammetjes en let op wat er gebeurt. Breekt het stammetje met een hoorbaar knakkend geluid, dan is de mediwiet droog genoeg. Buigt het zonder te breken, dan zit er nog wat te veel vocht in de top.
Wanneer de toppen voor de knaktest (stap 3) zijn geslaagd, is het tijd om de wiet te laten curen of rijpen. Dit doe je door het in luchtdichte glazen potten te bewaren. Knip de topjes één voor één van de takken af en laat ze in de potten vallen. Vul de potten zoveel mogelijk maar druk je wiet niet aan, de pot moet vol zitten maar de wiet moet wel losjes kunnen bewegen als je de pot zachtjes schudt.
Zet de potten met wiet op een koele, donkere plaats om de wiet te laten rijpen. Zet de potten tijdens de eerste week elke dag even een kwartiertje open. Verdampt vocht kan zo ontsnappen, zodat het niet voor problemen met schimmels kan zorgen. Eventueel kun je een Boveda zakje bij de wiet in de potten stoppen, om de luchtvochtigheid in de pot op een optimale 62% te houden.