Cannabis microdoseren (+5 tips) tegen depressies
In kleine hoeveelheden kan cannabis een groot effect hebben op neerslachtige gevoelens of depressiviteit. Ontdek de voor- en nadelen en lees onze 5 tips over cannabis microdoseren.
Veel mensen met angststoornissen of depressiviteit hebben baat bij wiet, terwijl er juist ook een link is tussen wietgebruik en psychoses? Hoe dat zit zoeken we in dit artikel voor je uit. Oftewel: het verband tussen cannabis en de geestelijke gezondheid. Of moeten we zeggen: het verbond tussen cannabis en de geestelijke gezondheid…
Geestelijke gezondheid is niet alleen een kwestie van therapie en medicijnen. We leren steeds meer over het complexe menselijk brein. En zo komen we ook meer te weten over het ontstaan van geestelijke gezondheidsproblemen en de behandeling daarvan met medicinale cannabis.
Meerdere studies naar de werking van mediwiet stuiten op een relatie tussen het endocannabinoïden-systeem (ECS) en onze geestelijke gezondheid. Dat is niet gek want het ECS is een essentieel mechanisme voor homeostase. Ofwel een gezonde mentale en fysieke balans. Om die balans te kunnen handhaven, speelt het ECS een belangrijke rol. Het beïnvloedt in ons immuunsysteem, onze pijnperceptie, onze nachtrust, de spijsvertering, ontstekingsreacties, het herstel van weefselschade en ons mentale welzijn. Dit alles doet het ECS met behulp van drie componenten:
Endocannabinoïden zijn lichaamseigen signaalstoffen die berichtjes overbrengen in het endocannabinoïden-systeem. De ontvangers van deze berichtjes noemt men receptoren. En dan zijn er ook nog enzymen die endocannabinoïden opbouwen of afbreken. Onder andere problemen met de geestelijke gezondheid, kunnen ontstaan door een disbalans in één van deze drie componenten.
Bijzonder hierbij, is dat de werkzame stoffen in cannabis enorm veel lijken op endocannabinoïden. Ze kunnen net als lichaamseigen cannabinoïden, communiceren met de receptoren van het ECS.
Verschillende studies bij mensen hebben aangetoond dat veranderingen in het ECS verband houden met depressies. En dan met name veranderingen van de zogeheten CB1-receptoren.
Het ECS beschikt namelijk over twee soorten receptoren: CB1- en CB2-receptoren. CB1-receptoren bevinden zich vooral in het brein en oefenen daar dan ook de meeste invloed op uit. CB2-receptoren zitten in alle organen.
Uit onderzoek blijkt dat patiënten met een ernstige depressie vaak meer CB1-receptoren hebben in bepaalde hersengebieden. Bij deze patiënten is het aantal CB2-receptoren wel gelijk aan dat van een gezond persoon.
Een van de mogelijke biologische verklaringen voor deze hoge concentratie aan CB1-receptoren, zijn fouten in de genetische codering van de CB1-receptor. Onderzoekers hebben verschillende soorten ‘enkel-nucleotide polymorfieën’ ontdekt. Ofwel variaties in het DNA van deze receptoren.
Een van die genetische mutaties komt vaak voor bij personen die lijden aan ernstige depressies, inclusief psychotische symptomen. Een ander type mutatie lijkt juist weer bescherming te bieden tegen ernstige depressie bij personen met de ziekte van Parkinson. En weer andere mutaties linken aan posttraumatische stressstoornis (PTSS).
Eén studie onderstreept dat CB1-receptoren die optimaal communiceren cruciaal zijn voor bescherming tegen PTSS. Hersenscans van mensen met PTSS vertoonden namelijk een abnormale CB1-receptorfunctie. Hoewel CB2-receptoren niet expliciet zijn gelinkt aan geestelijke gezondheid, liet onderzoek wel een verband zien. Deze studie toont namelijk een fout in een gen dat codeert voor CB2-receptoren. Deze fout is gelinkt aan een hogere incidentie van depressie. Andere studies linkte deze genetische fout aan de ontwikkeling van eetstoornissen en schizofrenie.
Enzymen zijn cruciaal voor een goed werkend endocannabinoïden-systeem. Ze zijn betrokken bij zowel de productie als afbraak van endocannabinoïden. Elke verandering in enzymniveaus kan de hoeveelheid endocannabinoïden beïnvloeden en daarmee de werking van receptoren verbeteren of juist ontwrichten.
Depressie en angst kunnen het gevolg zijn van een verlaging van het vetzuuramidehydrolase enzym (FAAH). Dit kan komen door een traumatische ervaring, bijvoorbeeld uit de jeugd. Reducties in FAAH vertalen zich in verhoogde anandamide-niveaus.
Te veel anandamide (AEA) kan verder bij CB1-receptoren leiden tot tolerantie voor deze stof. Dit houdt in dat receptoren minder gevoelig worden voor anandamide. Tolerantie voor anandamide kan depressiviteit in de hand werken. Anandamide is namelijk een lichaamseigen cannabinoïde die bijdraagt aan een gelukzalig gevoel.
Zoals je ziet is er een duidelijke maar complexe link tussen het endocannabinoïden-systeem en onze mentale gesteldheid. Ook is duidelijk dat een goed werkend ECS van groot belangrijk is voor een goede geestelijke gezondheid. Zo duidelijk zelfs, dat wetenschappers suggereren dat de hoeveelheid anandamide en de endocannabinoïde 2-AG goede markers zijn om iemands mentale gezondheid te beoordelen.
Maar goed, hoe zit het dan met de relatie tussen bovenstaand verhaal en wiet? Zoals we aan het begin opmerkten, lijken de actieve bestanddelen in wiet enorm veel op onze lichaamseigen cannabinoïden. Het is ook niet voor niets dat ze beide ‘cannabinoïden’ heten. De actieve bestanddelen in wiet worden ook wel fytocannabinoïde genoemd. ‘Fyto’ staat voor plantaardig ofwel ‘cannabinoïden uit een plant’. Endo betekent ‘lichaamseigen’, dus cannabinoïden die ons lichaam aanmaakt.
De psychoactieve stof THC uit wiet vertoont overeenkomsten met de lichaamseigen cannabinoïde anandamide. En de werking van het lichaamseigen 2-GP lijkt ook veel op een aantal bestanddelen in wiet, zoals CBD.
En dit zijn lang niet de enige twee werkzame stoffen. Er zijn meer dan 100 plantaardige cannabinoïden geïdentificeerd. Van een aantal is wetenschappelijk vastgesteld dat ze enorm goed samenwerken met ons ECS.
Indien goed gedoseerd, zijn plantaardige cannabinoïden vaak in staat om een onbalans in het systeem te herstellen. Ook een tekort aan cannabinoïden kan je aanvullen met medicinale wiet. Ze kunnen bovendien de gevoeligheid van receptoren en enzymen beïnvloeden. De wetenschap heeft nog wel een lange weg te gaan. Toch is er onder wetenschappers overeenstemming over het heilzame effect van plantaardige cannabinoïden op het ECS.
Om te profiteren van extra cannabinoïden uit wiet hoef je overigens niet de hele dag joints te roken. Een paar druppels CBD-olie per dag als voedingssupplement kan al voldoende zijn. Dit is bovendien ook goed als extra, preventieve ondersteuning. Bij serieuze klachten kan je een sterkere vorm gebruiken, zoals wiet verdampen of wietolie met een rijk cannabinoïdenprofiel, inclusief THC.