Hoe kan het toch dat één plant zo’n bijzonder krachtige en veelzijdige uitwerking op ons lichaam heeft? Hoe beter je dát begrijpt, hoe beter je kan profiteren van de geneeskrachtige kwaliteiten van cannabis. Daarom vind je in dit uitgebreide dossier een heldere uitleg over cannabinoïden, de bekendste werkzame stoffen die in wiet – en soms ook in hennep – voorkomen.
Laten we beginnen door meteen een belangrijk feit uit de doeken te doen: cannabis produceert bestanddelen die ‘cannabinoïden’ heten. Dit zijn de werkzame stoffen in de cannabisplant waar er tot nu toe ruim 120 van zijn ontdekt. De bekendste twee ken je waarschijnlijk wel. Die heten THC (tetrahydrocannabinol) en CBD (cannabidiol).
Cannabinoïden hebben een heilzame werking op ons lichaam. Maar waarom is dat? En hoe werkt dat dan precies? Dat is wat we in dit dossier verklaren middels een heldere uitleg over het endocannabinoïde-systeem, de diverse soorten cannanbinoïden en we lichten ook nog eens de 10 belangrijkste geneeskrachtige cannabinoïden eruit.
Er zijn drie soorten cannabinoïden te onderscheiden
Zoals gezegd zijn er tot nu toe meer dan 120 cannabinoïden ontdekt. De bekendste cannabinoïde is tetrahydrocannabinol ofwel THC. Maar sinds een paar jaar is er een nieuwe superster op het toneel verschenen. Haar naam? Cannabidiol ofwel CBD. Deze cannabinoïde heeft snel wereldfaam verkregen omdat het niet-psychoactief is zoals THC, maar net zo goed over veel medicinale eigenschappen beschikt.
Naast THC en CBD zijn er dus nog veel meer cannabinoïden die in verschillende hoeveelheden in de plant aanwezig kunnen zijn. Meestal is THC de meest voorkomende in de plant, gevolgd door CBD. Alle andere cannabinoïden zijn in heel kleine hoeveelheden aanwezig, soms zelfs minder dan 1 procent. Maar dat betekent zeker niet dat we ze moeten negeren. Ze dragen namelijk allemaal bij aan de vele gezondheidsvoordelen van cannabis.
Het samenspel tussen al die cannabinoïden wordt ook wel het ‘entourage-effect’ genoemd; een effect dat we verderop in dit artikel zullen bespreken. Eerst is het belangrijk dat je weet dat cannabinoïden in drie groepen worden verdeeld:
1. Fytocannabinoïden
‘Fyto’ betekent plantaardig. Dit zijn dus cannabinoïden geproduceeerd door de cannabisplant en enkele andere planten.
2. Endocannabinoïden
‘Endo’ betekent ‘binnenin’ ofwel lichaamseigen. Dit zijn cannabinoïden die het menselijk lichaam aanmaakt. Ja je leest het goed; ons lichaam maakt zelf ook cannabinoïden aan.
3. Synthetische cannabinoïden
Dit zijn kunstmatig nagemaakte cannabinoïden, afkomstig uit een laboratorium.
Overzicht van de bekendere cannabinoïden die voorkomen in cannabis, plus hun medicinale effect… [illustratie: About time/Shutterstock]
De ontdekking van cannabinoïden
De eerste cannabinoïde werd aan het einde van de 19e eeuw ontdekt. In tegenstelling tot wat veel mensen denken werd cannabinol (CBN) als eerste ontdekt en niet THC. Daarna volgde cannabidiol (CBD). Maar het was pas in de jaren zestig dat de wetenschap een grote stap maakte toen deze stoffen voor het eerst werden geïsoleerd en gesynthetiseerd.
Kort nadat de wetenschap THC en CBD geïsoleerd had, kwam het besef dat mensen ook cannabinoïden produceren. Deze verbindingen worden endocannabinoïden genoemd.
Hierna groeide de kennis over de werking van cannabis snel. Men ontdekte dat wij over een signaalnetwerk beschikken dat werkt met zowel endocannabinoïden als fytocannabinoïden. Beide soorten cannabinoïden dienen in dit systeem als signaalstoffen die berichtjes kunnen overbrengen in ons lichaam. Dit hele systeem noemt men het endocannabinoïden-systeem, kortweg ECS.
Om te begrijpen waarom cannabinoïden zo belangrijk zijn en hoe ze onze gezondheid kunnen verbeteren, is het belangrijk dat we het endocannabinoïde-systeem gaan bekijken, zodat we snappen hoe ons lichaam cannabinoïden gebruikt.
Wat is het endocannabinoïden-systeem?
Cannabinoïden zijn stoffen die binden aan cannabinoïde-receptoren. Dit werkt als volgt: in ons lichaam worden allerlei berichtjes verstuurd tussen cellen onderling. Dat is heel belangrijk, want zonder die berichtjes zou ons lichaam niet kunnen functioneren.
Zo’n berichtje kan alleen worden ontvangen door een ontvangertje dat dezelfde taal spreekt als het berichtje. Deze ontvangertjes noemt men receptoren.
Een voorbeeld van zo’n berichtje is het hormoon ghreline. De maagwand kan dit stofje naar de hersenen sturen om aan te geven dat de maag leeg is. Hierdoor krijg je honger.
Er zijn verschillende berichtensystemen actief in ons lichaam. Het hormonale stelsel is er één van. Maar we beschikken ook over een ander belangrijk systeem dat berichtjes verstuurt. Namelijk het endocannabinoïde-systeem (ECS).
Het ECS werkt uitsluitend met berichtjes die door middel van cannabinoïden worden verzonden. Er zijn twee groepen cannabinoïde-receptoren die deze berichtjes kunnen ontvangen. Die worden cannabinoïde receptor type 1 (of CB1) en cannabinoïde receptor type 2 (CB2) genoemd en bevinden zich in alle zoogdieren. De eerste receptor bevindt zich in het brein, en de tweede in het immuunsysteem.
Er zijn aanwijzingen voor meer receptoren, maar dit moet nog goed worden onderzocht en bewezen. Laten we de twee groepen eens nader bekijken.
CB1-receptoren
Cannabinoïde-receptoren type 1 bevinden zich voornamelijk in de hersenen: in de kleine hersenen, de basale ganglia, het limbische systeem, de hippocampus en het striatum. Ze komen ook voor in vrouwelijke en mannelijke voortplantingsorganen. Wat interessant is, is dat deze receptoren ook aanwezig zijn in het netvlies en het voorste gedeelte van het oog bij de mens.
CB1-receptoren worden geactiveerd door alle soorten cannabinoïden die we eerder noemden, maar THC is bijzonder vatbaar voor binding aan deze CB1-receptoren.
CB2-receptoren
CB2-receptoren bevinden zich in het centrale zenuwstelsel en het immuunsysteem, maar kunnen ook in sommige delen van de hersenen worden gevonden.
CB2-receptoren worden ook gevonden in de perifere weefsels van het immuunsysteem (milt, amandelen, thymusklier) en in het gehele maagdarmkanaal en het perifere zenuwstelsel.
Cannabinoïden (chemische verbindingen in wiet) werken samen met lichaamseigen endocannabinoïden dankzij receptoren in ons lijf… [beeld: please buy my work I/Shutterstock]
Wat doet het endocannabinoïden-systeem?
Het endocannabinoïden-systeem is dus een signaleringsnetwerk dat neurologische functies en ontstekingsprocessen moduleert en betrokken is bij het ontstaan en vooral het voorkomen van bepaalde ziekten.
Het systeem werkt met endocannabinoïden die ons lichaam aanmaakt. Endocannabinoïden zijn de berichtjes en de cannabinoïde-receptoren zijn de ontvangertjes. Door dit systeem worden een aantal zaken in het lichaam geregeld:
- Anti-nociceptie (vermindering van pijngevoeligheid)
- Cognitie en geheugen
- Ontstekingen
- Bewegelijkheid
- Endocriene functies
- Temperatuurregeling en hartslag
- Misselijkheid en overgeven
- Oogdruk
- Immuunherkenning en antitumoreffecten
We weten nu dat endocannabinoïden kunnen communiceren met CB1- en CB2-receptoren, waardoor allerlei processen in ons lichaam worden geïnitieerd. Er zijn momenteel zes endocannabinoïden geïdentificeerd, maar slechts twee daarvan zijn grondig onderzocht. Dit zijn anandamide en 2-AG.
Anandamide (AEA)
Deze endocannabinoïde noemt men ook wel het menselijke THC. Het is een natuurlijk antidepressivum dat ook wel ‘de gelukzaligheidsmolecule’ wordt genoemd. Anandamide is een stof die we in ons eigen lichaam produceren, maar het wordt ook weer snel afgebroken.
De snelheid waarop dit afbraakproces werkt, speelt een grote rol in onze geestelijke gezondheid. Want anandamide is heel belangrijk om innerlijke gelukzaligheid en geluk te voelen. Een onderzoek met knaagdieren uit 2014 heeft uitgewezen dat het voorkomen van de afbraak van AEA angstgevoelens verlaagt en tegelijkertijd de gemoedstoestand verbetert.
Bovendien fungeert onze natuurlijke THC als een pijnstiller, reguleert het eetlust, helpt het om slechte herinneringen te vergeten en veroorzaakt het de beroemde ‘runner’s high’.
2-Arachidonoylglycerol (2-AG)
2-Arachidonoylglycerol (2-AG) is een andere endocannabinoïde en een neurotransmitter. Deze endocannabinoïde is aanwezig in het menselijk brein in concentraties tot 170 keer hoger dan anandamide.
2-AG is vooral belangrijk voor het balanceren van ons metabolisme, het reguleren van slaap, pijn en voortplanting. Het heeft ook enkele neuroprotectieve eigenschappen. Een onderzoek uit 2016 suggereert dat 2-AG ook kan helpen bij het behandelen van aandoeningen zoals traumatische stress (PTSS), de ziekte van Parkinson, autisme, reisziekte en vele andere.
De bijzondere werking van cannabis komt voort uit het feit dat de plantaardige cannabinoïden uit de cannabisplant invloed uitoefenen op de lichaamseigen cannabinoïden en ons ECS. Met name 2-AG is hier gevoelig voor. THC uit cannabis kan de rol van 2-AG remmen, omdat het vooral bindt aan dezelfde groep receptoren.
CBD bindt niet direct aan de receptoren, maar verhoogt de levensduur van endocannabinoïden door enzymen af te remmen die verantwoordelijk zijn voor de afbraak ervan.
Wat doen fytocannabinoïden?
We weten nu wat cannabinoïden zijn, wat het endocannabinoïden-systeem inhoudt en we hebben geleerd dat de cannabinoïden uit cannabis invloed kunnen uitoefenen op dit systeem.
Hoewel ons lichaam maar met 6 endocannabinoïden werkt, kan de cannabisplant maar liefst 113 verschillende cannabinoïden produceren die een interactie kunnen aangaan met het ECS.
Als je inzoomt op een cannabisplant, zie je deze witte bolletjes. Dit zijn trichomen waarin de werkzame stoffen liggen opgeslagen.
Cannabinoïden in cannabis worden geproduceerd in de trichomen van de plant. Dit zijn kleine haarachtige uitlopers die zich vooral op de toppen van de plant bevinden. Maar ze zitten ook op de bladeren en stelen. Samen met de aromatische stoffen die we terpenen noemen, beschermen cannabinoïden de plant tegen UV-stralen, hitte en roofdieren.
Zoals we al eerder concludeerden is cannabis zo bijzonder omdat de fytocannabinoïden kunnen binden aan de CB-receptoren van het endocannabinoïden-systeem. Hierdoor ontstaat een breed scala aan effecten, afhankelijk van de gebruikte cannabissoort en ingenomen dosering.
THC kan bijvoorbeeld de effecten van anandamide nabootsen, op de voorwaarde dat we de juiste dosering krijgen. CBD kan de afbraak van cannabinoïden vertragen door het remmen van een enzym dat verantwoordelijk is voor het afbreken van anandamide.
Maar dit is nog maar het topje van de ijsberg. Zoals gezegd zijn er 113 cannabinoïden waar wij wat mee kunnen aanvangen. Misschien zelfs nog wel meer. Bovendien bevatten de trichomen ook nog terpenen die eveneens over heilzame eigenschappen beschikken.
De medicinale waarde van cannabis hangt vooral af van de interactie tussen alle cannabinoïden en terpenen tezamen
Al deze stoffen kunnen een interactie aangaan met ons lichaam. Hierbij is heel belangrijk om te weten, dat het bij cannabis niet om de individuele interacties van cannabinoïden gaat. De medicinale waarde hangt vooral af van de interactie tussen alle cannabinoïden en terpenen tezamen. Het gaat om de synergie; een uitwerking die men bij cannabis ook wel het ‘entourage effect‘ noemt.
De samenstelling van die werkzame stoffen verschilt per cannabissoort. Het verschilt zelf per plant, omdat ook de kweekomstandigheden van invloed zijn. Nu je dit weet, zal je begrijpen dat er voor elke aandoening een wietsoort kan zijn die het beste werkt, omdat die precies de juiste cannabinoïden-niveaus bevat.
MEER LEZEN: Dit is waarom er zoveel cannabis soorten zijn
Cannabinoïdezuren
Voordat we de 10 bekendste cannabinoïden nader gaan bekijken, is er nog een onderdeel dat we moeten verduidelijken. Strikt genomen produceert cannabis namelijk geen cannabinoïden in een vorm waar ons lichaam iets mee kan. In plaats daarvan produceert het zuren, die geactiveerd moeten worden door middel van warmte. Dit is een proces dat decarboxylatie heet.
Er zijn twee hoofd-cannabinoïdezuren: cannabigerolic acid (CBGA) en cannabigerovarinic acid (CBGVA). Door middel van deze twee worden andere zuren geproduceerd zoals THC-A (delta 9-tetrahydrocannabinolic acid), CBD-A (cannabidiolic acid), CBC-A (cannabichromenic acid), en vele anderen.
Pas als we bijvoorbeeld THC-A blootstellen aan warmte transformeert het in psychoactieve THC. THC-A is op zichzelf dus helemaal niet psychoactief. Daarom moeten we cannabis verhitten of decarboxyleren voordat we haar psychoactieve eigenschappen kunnen gebruiken, die tevens het high-effect geven.
Sommigen beweren dat er ook medicinale voordelen zitten aan het eten van verse, rauw cannabis. Naar verluidt kan dit angstgevoelens verminderen, heeft het antioxiderende eigenschappen en kan het ’t zenuwstelsel verbeteren.
[foto: PRO Stock Professional/Shutterstock]
De 10 belangrijkste cannabinoïden en hun werking
Nu we bekend zijn met de basisprincipes van cannabinoïden en het endocannabinoïden-systeem, is het tijd om enkele belangrijke cannabinoïden in cannabis te verkennen. Houd er nogmaals rekening mee dat de medicinale voordelen van cannabis afkomstig zijn van alle verschillende cannabinoïden die samenwerken, en niet zo zeer van enkele losse bestanddelen.
Om de complexiteit van de plant en alle bestanddelen beter te kunnen begrijpen, is het echter goed om toch enkele belangrijke cannabinoïden afzonderlijk te bekijken.
1. THC (Tetrahydrocannabinol)
De meest prominent aanwezige stof in de meeste cannabissoorten is delta-9 tetrahydrocannabinol of kortweg THC. Het is ’t meest voorkomende bestanddeel en de cannabinoïde die een sterk psychoactieve werking heeft.
Bijna iedereen die van het bestaan van cannabis afweet, zal wel eens over THC hebben gehoord. Het is namelijk de stof THC die het high/stoned-effect van cannabis veroorzaakt. Dit is het gewenste effect onder recreatieve gebruikers en de reden dat cannabis in grote delen van de wereld nog steeds verboden is.
Ondanks dat veel mensen die cannabis medicinaal gebruiken de high als ongewenst beschouwen, heeft THC veel medische voordelen. THC kan in goede medische doseringen worden gebruikt als een anti-emetisch middel voor patiënten die een chemo-behandeling krijgen tegen kanker. Bovendien kan THC eetlust stimuleren, wat eveneens een voordeel is voor mensen die chemo gebruiken. Maar ook mensen die medicijnen gebruiken tegen HIV en aids hebben baat bij deze eigenschap.
Van THC is ook aangetoond dat het symptomen van aandoeningen zoals slapeloosheid, chronische pijn, artritis en migraine verlicht. En het helpt ons zelfs traumatische herinneringen te vergeten die PTSS veroorzaakt.
THC bindt zich in de eerste plaats aan CB1-receptoren en produceert daardoor soortgelijke effecten als anandamide. Bij een hoge dosis THC treedt echter het high-effect in werking. En bij een te hoge dosis ontstaat overstimulatie, waardoor juist het tegenovergestelde effect kan optreden.
De truc bij THC zit hem dus in de dosering. Een lage dosering kan al voldoende zijn voor medicinaal voordeel, zonder het high-effect, terwijl overstimulatie kan zorgen voor tijdelijke gevoelens van angst en vermoeidheid.
2. CBD (Cannabidiol)
Cannabidiol of kortweg CBD is een rijzende ster in de cannabiswereld. Je hebt wellicht al gemerkt dat deze stof veel aandacht krijgt en iedereen het heeft over de voordelen van CBD.
CBD is de op één na meest voorkomende cannabinoïde in de plant. Er zijn tegenwoordig ook cannabissoorten die een relatief hoog percentage CBD produceren. Dit met dank aan het kruisen van cannabisgenetica om aan de wensen van patiënten te voldoen.
Het bijzondere aan CBD is dat het een niet-bedwelmende stof is met een groot medisch potentieel. Dat betekent dat mensen niet ‘high’ of ‘stoned’ worden zoals van THC. Daarom is het erg populair geworden onder medische gebruikers (die graag helder willen blijven).
CBD werd voor het eerst gesynthetiseerd in ongeveer dezelfde tijd als THC (door Dr. Mechoulam in de jaren 1960). De moderne wetenschap heeft het dus al geruime tijd in handen. Daarom zijn er talloze onderzoeken gedaan naar CBD en de medische effecten ervan. Zeker nu sinds een paar jaar cannabis in grote delen van de wereld wordt gedecriminaliseerd.
Diverse onderzoeken en anekdotische bewijzen hebben aangetoond dat dat het de frequentie van epileptische aanvallen aanzienlijk kan verminderen, ontstekingen verlicht en angst en neuropathische pijn vermindert.
CBD doet dit allemaal via verschillende moleculaire routes, maar voornamelijk via deze drie:
- Het remt het enzym dat anandamide afbreekt, waardoor je je minder angstig en depressief voelt en pijn verlicht.
- Het activeert 5-HT1A-receptoren, die bijdragen aan de afgifte van gelukshormonen zoals endorfine, serotonine en oxytocine.
- Het blokkeert GPR55-signalering, wat de groei en migratie van bepaalde kankers zou kunnen vertragen.
3. CBG (Cannabigerol)
Cannabigerol komt meestal voor in concentraties van minder dan 1 procent. Net als CBD is het volledig niet-psychoactief.
Verrassend genoeg is CBG de “ouder-cannabinoïde” van zowel THC als CBD. De cannabisplant produceert cannabigerolic acid (CBGA), dat later wordt gebruikt om drie essentiële cannabinoïdezuren te maken die uiteindelijk weer leiden tot THC, CBD en CBC.
CBG heeft een aantal veelbelovende medische mogelijkheden omdat de cannabinoïde zeer effectief is gebleken in het verlagen van de oogdruk.
Het werkt ook als een antibacterieel middel, eetluststimulans en spierspasmenremmer. CBG heeft bovendien ook enkele veelbelovende kankerbestrijdende eigenschappen laten zien door de groei van kankercellen te blokkeren.
4. CBN (Cannabinol)
Cannabinol is de meest kalmerende cannabinoïde van allemaal en produceert in combinatie met THC en een terpeen genaamd myrceen het bekende ‘couch-lock-effect’ wat mensen die stoned zijn kan treffen. CBN veroorzaakt weinig tot geen psychoactieve effecten.
MEER LEZEN: High en stoned van mediwiet – dit kan je verwachten
Wanneer THC ouder wordt en wordt blootgesteld aan te veel zuurstof, wordt het omgezet in CBN. Dat gebeurt meestal met wiettoppen die te lang worden bewaard.
Hoewel dit een minder onderzochte cannabinoïde is, suggereren onderzoeken dat het een groot potentieel heeft, vooral in combinatie met andere cannabinoïden. Naast het sedatieve effect en het gebruik als slaapmiddel, is deze cannabinoïde in samenwerking met CBD en CBG, effectief tegen psoriasis.
Onderzoek heeft ook aangetoond dat CBN de groei van stamcellen in het beenmerg stimuleert, wat helpt botten te vormen en te groeien. Het heeft ook veelbelovende antibacteriële, ontstekingsremmende en pijnstillende eigenschappen.
5. CBC (Cannabichromene)
Cannabichromene is een ander niet-psychoactieve cannabinoïde, dat een lage bindingsaffiniteit met CB1-receptoren heeft. Het heeft daarentegen wel veel affiniteit met de receptoren in ons lichaam die verband houden met pijnregulatie.
Hoewel CBC op zichzelf een groot potentieel heeft, lijkt het erop dat deze cannabinoïde het beste werkt in synergie met andere cannabinoïden, in het eerder besproken entourage-effect. Met andere woorden: door CBC kunnen andere cannabinoïden hun volledige potentieel bereiken.
Een studie uit 2013 door het Italiaanse Instituut voor Biomoleculaire Chemie suggereert dat CBC de neurogenese (de productie van neuronen in stamcellen) kan stimuleren door hun functie te verbeteren. En in een proefdierenstudie deden ratten die met CBC werden behandeld het beter in stressvolle situaties.
Naast zijn antischimmel- en antibacteriële effecten, suggereerde een recente studie dat deze cannabinoïde beter zou kunnen presteren dan reguliere medicijnen die worden gebruikt voor de behandeling van het MRSA-virus. Beter bekend als de ziekenhuisbacterie.
[foto: PRO Stock Professional/Shutterstock]
6. Delta (8) THC
Deze cannabinoïde lijkt erg op THC, maar met enkele kleine verschillen. Het voornaamste verschil is dat delta (8) THC minder psychoactief is.
Onderzoek heeft een aantal veelbelovende eigenschappen laten zien. Ten eerste lijkt het een geweldig eetlust-stimulerend middel te zijn. In sommige gevallen verhoogt het de eetlust zelfs meer dan THC. In één studie verhoogde delta (8) THC de eetlust bij knaagdieren in elke geval nog véél meer dan THC.
In 1995 werd delta (8) THC geïntroduceerd in een misselijkheidstherapie voor kinderen met kanker in de leeftijd van 2 tot 13 jaar. Het was verrassend om te zien hoe goed de kinderen op de behandeling reageerden, zonder psychoactieve effecten te melden.
7. THCV (Tetrahydrocannabivarin)
THCV is een psychoactieve samenstelling met groot medisch potentieel dat gelijkwaardig is aan THC in zijn moleculaire structuur. Maar in tegenstelling tot zijn THC onderdrukt het de eetlust. Dit maakt deze cannabinoïde zeer geschikt bij het onder controle te houden van je gewicht.
Het kan een belangrijke rol spelen bij diabetespatiënten, zoals uit onderzoek bleek, omdat het de bloedsuikerspiegel en het insulinegehalte kan reguleren.
THCV helpt ook bij het behandelen van tremoren en hersenletsel dat verband houdt met de ziekte van Alzheimer. Samen met andere cannabinoïden vermindert het paniekaanvallen veroorzaakt door angst of PTSS. En er zijn enkele aanwijzingen dat het ook de botgroei stimuleert.
8. CBDV (Cannabidivarin)
Structureel vergelijkbaar met CBD, omdat cannabidivarin je niet high maakt zoals THC-gerelateerde stoffen. Enkele onderzoeken bevestigden dat CBDV helpt bij het verminderen van epileptische aanvallen en er is bewijs dat het in staat is om misselijkheid te verlichten.
9. CBL (Cannabicyclol)
Cannabicyclol is een ander niet-psychoactieve fytocannabinoïde, die nog onvoldoende is bestudeerd en begrepen.
CBL wordt gevormd in het afbraakproces van CBC. Het wordt meestal aangetroffen in Pakistaanse hasjsoorten die minstens zes maanden hebben gerijpt. Het is echt moeilijk om het te decarboxyleren, waardoor het de meest hittebestendige cannabinoïde is.
Er zijn niet veel onderzoeken naar de medische voordelen van CBL. Het grootste deel van de onderzoeken dat tot nu toe is gedaan, richtte zich op de chemische structuur ervan.
10. CBCV (Cannabichromevarin)
Een andere minder bekende cannabinoïde is CBCV. Ook deze stof produceert geen geestverruimende effecten. Het werd ontdekt in 1975 toen Japanse onderzoekers het voor de eerste keer uit de cannabisplant isoleerden. Vanwege zijn structuur heeft het effecten die vergelijkbaar zijn met CBC.
Er moet nog veel onderzoek worden gedaan naar deze cannabinoïde, maar vanwege de gelijkenis met CBC speculeren medische experts dat het werkt als een pijnstiller en antidepressivum.
In cannabis zitten 113 cannabinoïden die een gunstige werking hebben op ons endo-cannabinoïdensysteemm [Shutterstock/nevodka]
Wat zijn synthetische cannabinoïden?
In het begin van dit artikel noemden we ook synthetische cannabinoïden als een van de drie groepen cannabinoïden. Deze vorm van cannabinoïden kwam in het begin van 2000 op de markt, in een poging om wettelijke beperkingen te omzeilen die het gebruik van cannabis verboden.
Synthetische cannabinoïden worden kunstmatig gemaakt om te binden aan dezelfde receptoren als fytocannabinoïden en endocannabinoïden, maar ze zijn veel krachtiger en gevaarlijker. De synthetische cannabinoïden kunnen zelfs levensbedreigend zijn en er zijn zelfs een aantal sterfgevallen gelinkt aan het gebruik van deze middelen.
Ze zijn een tijdje verkocht als K2, Spice of synthetische cannabis. Ook maken ze soms onderdeel uit van kruidenmengsels. Hoewel het algemeen bekend is dat deze stoffen gevaarlijk zijn, duiken ze nog met regelmaat op.
Er zijn ook farmaceutische bedrijven die kunstmatige cannabinoïden hebben ontwikkeld om medicijnen te maken tegen misselijkheid, braken, verlies van eetlust en epilepsie. Deze synthetische cannabinoïden zijn echter niet te vergelijken met de synthetische cannabinoïden zoals K2 en Spice.
Toch zetten veel experts vraagtekens bij deze farmaceutische cannabinoïden. De consensus na tal van onderzoeken naar cannabinoïden is dat de natuurlijke variant het allerbeste werkt. En, we zeggen het nog maar een keer, het gaat niet om één of enkele cannabinoïden maar om de synergie die een heleboel cannabinoïden samen teweeg brengen.
Conclusie
Er komen meer dan honderd cannabinoïden voor in de cannabisplant. Slechts enkelen zijn psychoactief en heel weinigen zijn echt grondig onderzocht. Maar wat we wel met zekerheid kunnen stellen, is dat deze cannabinoïden uit de cannabisplant kunnen samenwerken met het endocannabinoïden-systeem in ons lichaam. En die samenwerking kan hele bijzondere voordelen bieden.
Er is echter nog heel veel onderzoek nodig om de volledige potentie van cannabis te ontdekken.
Voor nu is het belangrijk om te beseffen dat cannabinoïden het beste werken als ze in voldoende hoeveelheden met elkaar worden gecombineerd. Alleen dan kunnen ze elkaar stimuleren en met behulp van terpenen een groot aantal medische voordelen opleveren.
[Openingsbeeld: Poring Studio/Shutterstock]