30% meer opbrengst door wietplanten te snoeien?
Plantentraining: 30% meer wiet oogsten (ten opzichte van ongetrainde wietplanten) door de juiste bladeren op het juiste moment te snoeien.
Of het een voortzettende trend is valt niet te voorspellen maar vorig jaar hebben buitenkwekers met veel regen, kou en wind te maken gehad. Zulke slechte zomers kunnen een succesvol buitenwietseizoen behoorlijk verpesten met toprot, een invasie van slakken en voortijdige oogsten. Beperk daarom de schade door vooraf alvast rekening te houden met een natte zomer.
Als je het weer tijdens de zomer op voorhand zou kunnen voorspellen, dan zou je er als buitenkweker waarschijnlijk niet veel last van hebben. Bij een natte zomer maar mooie nazomer zou je autoflowers bijvoorbeeld links laten liggen en alleen voor fotoperiode gevoelige wietsoorten kunnen kiezen. Of andersom natuurlijk als er juist een slecht najaar aankomt. Maar waarom zou je niet alvast rekening houden met slecht weer, dan kan het ook niet tegenvallen.
Wietplanten die fotoperiode gevoelig zijn (niet-autoflowers) beginnen in Nederland en België, rond de tweede week van augustus aan hun bloeiperiode. Tenzij je verduistert hebben zulke wietsoorten tot dat moment nog geen toppen, en dus ook nog geen toprot. Kans op meeldauw en stamrot is er echter wel als het tijdens de zomermaanden veel regent. En als regenwater ongestoord in de potten valt kunnen de wortels hierdoor ook verstikken, en de groei van je plant ernstig remmen.
Autoflowers hebben bij een regenachtige zomer ook een hoop te verduren. Deze automatisch bloeiende wietsoorten worden bij de meesten rond mei ontkiemd en bloeien dus in de zomermaanden juni, juli en augustus. Naast de eerdergenoemde problemen met meeldauw, stamrot en te natte aarde lopen autoflowers bij slecht weer tijdens deze maanden het meeste kans op toprot. Controleer hier dan ook dagelijks op, en grijp direct in als je het ontdekt. Verderop lees je hoe je toprot kunt herkennen en wat je het beste kunt doen als je het ontdekt.
Rekening houdend met een slechte zomer doe je er goed aan om je kansen te spreiden met zowel fotoperiode gevoelige, als autoflowers. Is de zomer goed en het najaar slecht, dan heb je van de autoflowers in ieder geval een goede oogst. Is het najaar juist mooi en de zomer regenachtig, dan kun je in het najaar toch nog je fotoperiode gevoelige wietplanten oogsten.
De strijd tegen de regen begint eigenlijk al in het voorjaar, wanneer je een wietsoort kiest. Niet alle wietsoorten zijn namelijk even goed bestand tegen toprot maar er zijn een hoop strains die speciaal ontwikkeld zijn om het natte najaar van de lage landen te overleven. Dit zijn overigens niet uitsluitend indica’s of sativa’s of hybrides; schimmel-bestendigheid vind je in iedere groep wietsoorten.
Het zijn met name de in de koudere klimaten veredelde wietsoorten die een natuurlijke afweer hebben tegen toprot, meeldauw en andere schimmels. De Friese Frisian Dew en ouderwetse soorten als Skunk, Purple en Hollands Hoop staan hun mannetje in de regen. Ga in het voorjaar dus op zoek naar een wietsoort met een goede natuurlijke resistentie tegen schimmels, een goed begin scheelt de helft.
Sporen van meeldauw hebben vaak maar een paar aaneengesloten natte regenachtige dagen nodig om tot meeldauw uit te groeien. De sporen zitten in de lucht en ‘landen’ al snel op natte bladeren waar ze gemakkelijk aan blijven plakken. Zorg er daarom zoveel mogelijk voor dat je de bladeren van wietplanten droog blijven, en geef ze een kans om weer snel droog te worden in het geval ze toch nat geregend zijn.
Helemaal als je wietplanten hebt die al in bloei staan en toppen hebben, is het zaak om ze zo droog mogelijk te houden. Het water sijpelt namelijk gemakkelijk naar de stam in het midden van de top. Als het daar ingesloten zit kan het niet snel verdampen en toprot veroorzaken. Zet ze bij voorkeur binnen tijdens natte periodes of maak een afdak dat regen tegenhoudt wanneer je wietplanten in de volle grond staan en je ze niet kunt verplaatsen. Zijn je toppen toch nat geworden, schud ze dan uit om het meeste water kwijt te raken.
Om te voorkomen dat de aarde te nat wordt en het regenwater de wortels verstikt en voedingsstoffen wegspoelt, kun je potten het beste bij voorbaat afdekken met plastic. Dit gaat gemakkelijk met huishoudfolie of een deksel met een klein gat in het midden voor de stam van je plant. Zet je potten buiten ook niet op schotels als het regent. Als regenwater in de schotels blijft staan wordt de aarde namelijk zeiknat, en zullen je wortels bijna zeker verstikken.
Ventileren is ook uitermate belangrijk als er veel vocht in de lucht zit. Zeker wanneer je natte wietplanten binnen zet, of als je wietplanten binnen verduistert. In zulke gevallen kun je je binnenplek het beste ventileren met een ventilator. Ook is het raadzaam om hele dichtbegroeide wietplanten van een deel van hun bladeren te ontdoen. Hierdoor kan lucht en wind er makkelijker doorheen blazen zodat vocht sneller verdampt.
Een van de problemen van een natte zomer is meeldauw. Dit is een witte schimmel op de bladeren die er pluizig en poederig uitziet, en je van de bladeren kunt wegvegen. Zie je zulke witte vlekken op de bladeren, dan kun je er meestal gelukkig nog wel wat aan doen. Haal de plant om te beginnen even weg van eventuele andere wietplanten, om te voorkomen dat de schimmel zich uitbreidt.
Trek even plastic handschoenen aan en veeg de pluizige schimmel vervolgens van de bladeren met nat keukenpapier. Het papier is handig omdat je het meteen met de schimmel en al kunt weggooien. Je maakt het nat omdat de schimmelsporen dan niet zo snel in de lucht kunnen komen.
Als de vlekken weg zijn besproei je de plant om de laatste schimmelsporen te doden. Dit kan met een mengsel van een eetlepel zuiveringszout in een liter water. Ook kun je een spray maken van een eetlepel neemolie op een liter water, of een kwart waterstofperoxide 3% van de drogist en driekwart water. Wellicht moet je de behandeling herhalen.
De laatste loodjes wegen het zwaarste en dat geldt ook voor bloeiende wietplanten en vocht. Wanneer de toppen namelijk bijna klaar zijn om geoogst te worden en dik en compact zijn, zijn ze extra vatbaar voor schimmels. Dit komt omdat regenwater dan gemakkelijk tussen de toppen kan sijpelen en daar dan niet meer gemakkelijk verdampt. Dit zorgt er snel voor dat toprot van binnenuit ontstaat.
Wanneer je wietplanten dus eenmaal toppen hebben, kun je het beste voorkomen dat ze nog nat worden. Zeker in de laatste bloeiweken. Dek ze af met een afdak of zet ze binnen tijdens een regenbui. In het uiterste geval neem je een grote doorzichtige plastic zak en pak je je planten daarmee in. Maar doe dat alleen als je planten droog zijn, en NIET met een natte plant want dan werk je schimmels juist in de hand. Verwijder het plastic weer zo snel mogelijk wanneer de regenbui voorbij is.
Omdat je toprot in Nederland buiten nooit helemaal kunt voorkomen, is het aan te raden om dagelijks op toprot te controleren. Inspecteer de toppen goed en trek daarbij zachtjes aan de bladeren die uit de toppen groeien. Omdat toprot namelijk van binnenuit begint, kun je het van buitenaf dan niet goed zien. Wanneer de blaadjes bij een zachte ruk eraan gemakkelijk loslaten, is dat een teken dat de top op die plek aan het rotten is.
Buig in zo’n geval de top open om te zien of je grijze plekken ziet. Zo ja, dan heb je een top met toprot ontdekt. Gebruik een schaar of een mes om de rotte plek voorzichtig te verwijderen. Werk hierbij met chirurgische precisie en probeer contact met andere toppen zoveel mogelijk te voorkomen. Toprot verspreid zich snel, helemaal wanneer de omstandigheden voor de schimmels gunstig zijn.
Wanneer je planten bijna oogstrijp zijn en je rotte plekken opmerkt, is het meestal beter om je planten direct te oogsten en zo snel mogelijk te drogen. Betere een iets te vroeg geoogste plant dan een rotte plant. Toprot kun je namelijk NIET roken want dat kan gevaarlijk zijn en is slecht voor je luchtwegen.