9 argumenten voor cannabis als gezond (verstand) medicijn
Patrick Dewals uit België is bachelor in de psychiatrische verpleegkunde en master in de politieke wetenschappen en politieke filosofie. Hij verdiepte zich in medicinale wiet en schrijft daar regelmatig artikelen over, zoals dit vlammende betoog waarom Europa mediwiet moet legaliseren.
Mensen worden of zijn niet graag ziek. Ze hebben er ontegensprekelijk veel voor over om ziekte(n) uit hun dagelijks leven te weren. Doorheen de geschiedenis stonden onder andere sjamanen, gebedsgenezers, medicijnmannen, chirurgen (chirurg = handwerker, aanvankelijk zette hij vooral botbreuken) herbalisten en artsen hun zieke medemens bij.
Inmiddels kende de geneeskunde een enorme vooruitgang. Een deel van deze evolutie staat op het conto van geneesmiddelen. Maar lossen de voorgeschreven medicijnen hun genezende belofte werkelijk in?
“Jaarlijks sterven 200.000 personen in Europa aan de gevolgen van medicijnen”
Wie wat zoekt, ontdekt al vlug een uitgebreide literatuur die beschrijft hoe we met zijn allen veel te veel geneesmiddelen gebruiken, waarvan de therapeutische werking nauwelijks bewezen is, en bovendien vaak zeer nefaste nevenwerkingen met zich meebrengen. In zijn boek Het Pillenprobleem stelt Dick Bijl (oud-huisarts, epidemioloog en hoofdredacteur van het Geneesmiddelenbulletin): “Slechts een zeer beperkt aantal medicijnen heeft een genezende werking en is veilig” (p.28).
Bijl is niet de enige deskundige die de laatste decennia aan de alarmbel trekt en de bevolking waarschuwt voor het gevaar dat sommige medicijnen inhouden. Andere auteurs in dit rijtje zijn Trudy Dehue (Betere mensen, De depressie-epidemie), Peter Gøtzsche(Dodelijke medicijnen en georganiseerde misdaad) Ben Goldacre (Foute Farma) of nogMarcia Angel (The Truth About the Drug Companies. How They Deceive Us And What To Do About It).
Al deze auteurs beschrijven in hun boeken hoe de aangetoonde therapeutische werkzaamheid van geneesmiddelen dikwijls op gammel onderzoek steunt. De redenen die ze hiervoor aanhalen zijn divers. Enkelen zijn dat de onderzoeksresultaten een positieve ‘massage’ krijgen, men negatieve resultaten niet publiceert en de bijwerkingen minimaliseert of onder de spreekwoordelijk mat veegt.
Het is opvallend dat de meeste media weinig aandacht aan deze kwestie besteden, want medicijngebruik is in Europa jaarlijks voor ongeveer 200.000 dodelijke slachtoffers verantwoordelijk [1]! Volgens Dick Bijl is dit een te voorzichtige schatting. Hij vermoedt dat het dodental nog veel groter is (p.44).
“Big Pharma wil op de eerste plaats geld verdienen”
Verder blijkt dat de farmaceutische industrie, ook wel gekend als Big Pharma, niet alleen tijdens het verrichten van haar onderzoekswerk haar belangen veilig stelt. De industriële concerns functioneren volgens een weinig ethisch verdienmodel. En dat men geld verdient met de verkoop van, niet altijd even betrouwbare medicijnen, maken volgende cijfers duidelijk!
De wereldjaaromzet van de farmaceutische sector betrof in 2018 om en bij de 1.200 miljard dollar (1.100 miljard euro). In 2001 was dit nog minder dan een derde van dit bedrag, namelijk 390 miljard dollar (360 miljard euro). Met andere woorden, op minder dan twintig jaar kon de sector haar omzetcijfers verdrievoudigen!
Volgens Big Pharma gebruiken ze een groot deel van het verdiende geld om de onderzoekskosten, die naar nieuwe medicijnen moeten leiden, te betalen. Maar verschillende auteurs, en ook deze cijfers, spreken dit tegen. De kosten voor Research & Development (R&D) bedroegen in 2018 179 miljard dollar (164 miljard euro), dus net geen 15 % van de jaarlijkse omzet van de sector.
Volgens Big Pharma gebruiken ze een groot deel van het verdiende geld om onderzoekskosten, die naar nieuwe medicijnen moeten leiden, te betalen. Verschillende auteurs en cijfers spreken dit tegen
In zijn voorwoord voor het boek van Dick Bijl zegt huisarts Hans van der Linde dat uiteindelijk maar een klein deel van deze 15 procent, van der Linde houdt het op 13 procent, daadwerkelijk voor innovatie gebruikt wordt. Het overgrote deel besteedt een bedrijf aan de ontwikkeling van me-too medicijnen, bestaande medicijnen die kleine veranderingen meekrijgen maar meestal zonder therapeutische meerwaarde, en aan marketing (p.11).
De sector hoeft trouwens niet zoveel in R&D te financieren want, zo leren we uit het onderzoek High prices, poor access: What is Big Pharma fighting for in Brussels? (2019) van Corporate Europe Observatory, tussen 1/3 en 2/3 van het R&D bedrag komt van publieke fondsen.
Het meeste geld verdient een farmaceutisch bedrijf met het verkrijgen van een patent. Dit is een verkoopmonopolie op een door haar ontwikkeld, en door de regularisatieautoriteit (Europees geneesmiddelenbureau of EMA) goedgekeurd, medicijn. Zo’n patent geldt meestal voor de duur van 20 jaar, waarna andere bedrijven het geneesmiddel eveneens kunnen produceren.
Doordat verschillende spelers vanaf dan eenzelfde geneesmiddel aanmaken, verlaagt de prijs en de winstmarge van de producent navenant. Bedrijven geraken hierom hun monopolie liever niet kwijt. Om dit te voorkomen, ontwierpen ze een arsenaal aan spitsvondigheden. (Is het cynisch te stellen dat dit de realisatie, van een (groten)deels door ons gefinancierd, R&D departement is?)
Zo kan een monopoliehouder tegen het einde van de monopolietermijn langs biochemische weg een verlengde werking aan het oorspronkelijke medicijn geven, of een nieuwe toedieningsvorm introduceren. Deze aanpassingen zorgen voor een monopolieverlenging.
Uit een recent onderzoek van SOMO (The Centre for Research on Multinational Corporations) blijkt dat farmaceutische bedrijven hun verdienmodel moderniseerden. SOMO analyseerde de financiën van de 27 grootste farmaceutische bedrijven en kwam tot de vaststelling dat hun gezamenlijke financiële reserves tussen 2000 en 2018 aangroeide van 83 miljard dollar (76.6 miljard euro) tot 219 miljard dollar (202 miljard euro).
Hun gezamenlijke schuld groeide, tijdens dezelfde periode, van 60 miljard dollar (55.4 miljard euro) tot 514 miljard dollar (474.7 miljard euro). Deze gemaakte schuld werd niet in R&D geïnvesteerd maar werd als dividenden aan de aandeelhouders uitbetaald of diende om eigen aandelen op te kopen om zodoende de waarde van de aandelen te doen stijgen!
“De draaideur en andere trucs van de lobbyfoor”
Het op grote schaal verkopen van dikwijls weinig efficiënte geneesmiddelen, met geregeld gevaarlijke en zelfs dodelijke bijwerkingen gaat vergezeld van overtuigingstechnieken waar Harry Houdini of David Copperfield een puntje aan kunnen zuigen. De begoocheling van Big Pharma gebeurt op planetaire schaal. De meest toegepaste trucs heten reclame en lobby!!
Een geneesmiddel promoten kan op verschillende manieren. Een veel toegepaste techniek is artsen voorzien van gratis stalen van nieuwe, vaak me-too, medicijnen. De arts deelt de stalen aan zijn patiënten uit tot de voorraad strekt. Eenmaal de gratis stalen op zijn, zal de arts het middel veelal blijven voorschrijven.
In haar boek The Truth About the Drug Companies schrijft Marcia Angel, arts en voormalig hoofdredacteur van New England Journal of Medicine dat Amerikaanse farmaceutische bedrijven in 2001 een kleine 11 miljard dollar (10.15 miljard euro) aan stalen bij artsen afleverden. Voor de goede verstaander, deze stalen zijn niet gratis maar worden bij de latere verkoopprijs opgeteld (p.115). Deze gang van zaken is vanzelfsprekend geen exclusiviteit voor de VS. Franse gezondheidswerkers kregen sinds 2012 3.5 miljard euro van de farmaceutisch industrie toegestopt.
Met de verkoop van medicijnen is dermate veel geld te verdienen dat farmaceutische producenten soms zelf ziekten creëren om hun waar aan de man te brengen. Paul Verhaeghe, klinisch psycholoog en psychoanalyticus, maakt zich eveneens zorgen over de trend om ieder psycho-sociaal probleem op te willen lossen met een pil waarvan de werkzaamheid amper of niet bewezen is.
Hoewel reclameboodschappen via de massamedia en promotiecampagnes bij artsen wel degelijk werken om het medicijnengebruik en de omzetcijfers te verhogen, kan de farmaceutische sector niet zonder lobbypraktijken om haar belangen te verzekeren.
Het rapport toont dat een goed gesmeerde draaideur tussen Big Pharma en het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA) het lobbywerk aanzienlijk vergemakkelijkt
Het eerder genoemde rapport van Corporate Europe Observatory geeft een inkijk in de verschillende toegepaste methoden. Het European Federation of Pharmaceutical Industries and Associations (EFPIA) vormt het centrale operatiekwartier van de Europese farmaceutische lobby.
EFPIA beschikt over een jaarlijks budget van meer dan 6 miljoen euro en kon zich tijdens de Juncker-periode (2014-2019) 42 maal met een Europees Commissaris onderhouden. Daarnaast investeerden de 10 grootste farmaceutische bedrijven, allen EFPIA-leden, in 2019 samen tussen de 14.6 miljoen euro en 16.3 miljoen euro in lobbyactiviteiten. Ze organiseerden eveneens, tijdens de Juncker-periode, 112 meetings op het hoogste niveau.
Voorts toont het rapport dat een goed gesmeerde draaideur tussen Big Pharma en het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA) het lobbywerk aanzienlijk vergemakkelijkt [2]. We lezen bijvoorbeeld dat het hoofd van het Juridisch departement van het EMA, Stefano Marino eerder 23 jaar voor Menarini Pharmaceuticals Industries en Sigma-Tau actief was.
Nog zorgwekkender is dat in december 2017 bijna duizend experten bij het EMA rechtstreekse of onrechtstreekse banden met de farmaceutische sector hadden. Bovendien is het EMA afhankelijk van de farmaceutische bedrijven voor haar financiering. Een dergelijke machtspositie van Big Pharma ten opzichte van het EMA kan niet anders dan nefast voor de samenleving uitdraaien. Het zal bovendien enorme politieke vaardigheden vergen om deze trend in de toekomst bij te sturen.
“Introduceer medicinale cannabis (MC) als een ‘common (sense)’ medicijn”
In het vervolg van dit artikel wil ik een alternatief naar voor schuiven om deze dubieuze situatie deels te omzeilen. Het vertrekpunt hierbij blijft ten eerste dat mensen niet graag ziek zijn / worden en houdt ten tweede rekening met het feit dat Big Pharma niet altijd een betrouwbare partner blijkt te zijn om de (volks)gezondheid te verbeteren.
Mijn alternatief is in theorie simpel, de praktische invulling ervan is daarentegen heel wat moeilijker. De hoofdredenen hiervoor schuilen in het weerwerk van de farmaceutische industrie, die geld dreigt te verliezen, en de onwil van Belgische volksvertegenwoordigers om dit alternatief op een serieuze manier te onderzoeken. Mijn alternatief luidt: ‘Introduceer medicinale cannabis (MC) als ‘common [3] (sense)’ medicijn.’ Hieronder zal ik mijn voorstel beargumenteren. De argumentenlijst is niet exhaustief en de volgorde van de argumenten speelt geen rol.
Argument 1: Medicinale cannabis heeft wel degelijk therapeutische waarde
Om te beginnen moet u weten dat heel wat artsen, professoren en onderzoekers de claim dat medicinale cannabis therapeutische werkzaamheid heeft onderschrijven. Ik volsta hier met 2 rapporten naar voor te schuiven.
1. Begin 2017 publiceerde het National Academies of Sciences, Engineering and Medicine (NASEM) een uitgebreid rapport The Health Effects of Cannabis and Cannabinoids. The Current State of Evidence and Recommendations for Research.[4] De onafhankelijke Amerikaanse onderzoeksorganisatie vertaalde haar onderzoekswerk, gedaan door 16 professoren en beoordeeld door 15 anderen, in een schema met 4 verschillende categorieën. Iedere categorie verwijst naar de kwaliteit van de bewijzen die de literatuur aanbiedt betreffende de therapeutische werkzaamheid van MC bij een bepaalde medische aandoening.
Hierna volgen de categorieën, en de respectievelijke aandoeningen die ze herbergen (1) overtuigend bewijs: chronische pijn, misselijkheid en braken als neveneffect bij chemotherapie en spasticiteit bij multiple sclerose (2) matig bewijs: slaapproblemen (3) beperkt bewijs eetlust opwekken en gewichtstoename, posttraumatische stressstoornis, angst en Gilles de la Tourette-syndroom (4) geen of te weinig bewijs: kanker, epilepsie, neurodegeneratieve aandoeningen, prikkelbare darm syndroom en verslaving.
De auteurs voorspelden dat men dit schema in de toekomst nog zou aanpassen omwille van nieuwe onderzoeksresultaten. Dat ze gelijk hebben, zien we bijvoorbeeld bij epilepsie. Deze neurologische aandoening stond ten tijde dat het NASEM haar schema publiceerde nog in de vierde en laagste categorie (geen / onvoldoende bewijs) gerangschikt. Ondertussen is Epidiolex (medicijn op basis van CBD ) in de VS door het FDA goedgekeurd en kan het bij verschillende vormen van kinderepilepsie voorgeschreven worden.
2. Ook in het VK vroeg de politiek onderzoekers om een rapport omtrent de therapeutische waarde van MC op te stellen. Dit gebeurde reeds in 2016. De All-Party Parliamentary Group on Drug Policy Reform vroeg de neuroloog professor Michael Barnes om samen met zijn dochter Jennifer, klinisch psychologe, de taak uit te voeren. U leest hun bevindingen in Cannabis: The Evidence for Medical Use [5].
Zij vonden goede bewijzen voor de therapeutische werkzaamheid van MC bij 4 medische aandoeningen; chronische pijn, misselijkheid en braken, spasticiteit en tenslotte bij angst. Daarnaast vonden ze matig bewijs voor de werkzaamheid van MC bij fybromyalgie, bepaalde symptomen bij de ziekte van Parkinson (stijfheid en tremor), post-traumatisch stressstoornis en slaapstoornissen. Een beetje maar onvoldoende bewijs vonden ze voor volgende aandoeningen: agitatie bij dementie, epilepsie, blaasdysfuncties, glaucoma en Gilles de la Tourette.
Tijdens een gesprek vertelde professor Barnes me dat indien hij vandaag opnieuw een rapport voor de onderzoekscommissie zou moeten schrijven, hij epilepsie in de categorie goede bewijzen zou onderbrengen. Het is verder belangrijk te weten dat Barnes stelt dat indien MC door artsen op een deskundige manier zou worden voorgeschreven er tussen anderhalf en twee miljoen Britten[6] (bevolking VK +66 miljoen) hun gezondheidstoestand zouden verbeterd zien. Een meerderheid van deze groep vindt men terug bij de chronische pijnpatiënten.
LEES OOK: 20 gezondheidsvoordelen van wiet die iedereen moet kennen
Argument 2: Medicinale cannabis is weinig toxisch, nog nooit werd een dodelijke overdosis vastgesteld
Cannabis wordt al duizenden jaren voor medicinale en recreatieve doeleinden gebruikt, nog nooit werd er een dodelijke overdosis vastgesteld. Dit contrasteert fel met de 200.000 personen per jaar die door reguliere medicijnen worden gedood. Men schat dat een persoon ongeveer 680 kg cannabis binnen de vijftien minuten zou moeten consumeren om mogelijks een dodelijke overdosis uit te lokken[7].
LEES OOK: Kun je doodgaan aan een cannabis-overdosis?
Argument 3: Zieken, hun mantelzorgers of medicinale Cannabis Social Clubs (CSC) kunnen relatief makkelijk medicinale cannabis kweken
De praktijk heeft reeds lang aangetoond – dat in weerwil van farmaceutische woordvoerders – dat het mogelijk is zelf medicinale cannabis van goede kwaliteit te kweken. In Canada, Uruguay en minstens tien staten van de VS staat men dit al langer toe[8]. Vanzelfsprekend zal eigenteelt de gezondheidsfactuur voor de patiënt en de volksgezondheid doen dalen.
Amerikaanse onderzoekers schatten dat indien alle staten van de VS in 2014 MC ter beschikking van de bevolking hadden gesteld, de VS meer dan een miljard dollar hadden bespaard. Dit is maar een schatting maar het is duidelijk dat er heel wat besparingen zouden kunnen gebeuren.
Amerikaanse onderzoekers schatten dat indien alle staten van de VS in 2014 medicinale cannabis ter beschikking aan de bevolking hadden gesteld, de VS meer dan een miljard dollar hadden bespaard.
Toen het FDA (Amerikaanse geneesmiddelen toezichthouder) in 2018 Epidiolex goedkeurde voor de bestrijding van verschillende vormen van kinderepilepsie, kondigde de producent aan dat het 32.500 dollar / jaar per patiënt zou aanrekenen. Jean-Pierre Voncken (vader van Sofie, een jong Belgische epilepsiepatiënte) geeft zelfbereide CBD-olie, met goede resultaten, aan zijn dochter. Tijdens een gesprek in 2019 zei hij dat het hem wellicht 300 à 400 euro per jaar kostte. Ongeveer 100 maal minder! Bovendien moet Sofie veel minder, al dan niet via spoed, naar het ziekenhuis. Ook dit zijn besparingen op de volksgezondheidsfactuur.
LEES OOK: Medicinale cannabis kweken – een wietsoort kiezen
Argument 4: MC via mantelzorgers / of medicinale CSC’s kweken (re)socialiseert chronische patiënten
Amanda Reiman, een universitaire docente aan de School of Social Welfare van UC Berkeley, onderzocht de rol die zeven MC-clubs uit San Francisco voor de patiënten spelen. Naast het verstrekken van betaalbare MC krijgen patiënten in de clubs uitleg over de verschillende toedieningswijzen.
De club is verder een plaats waar ze met vragen terecht kunnen. Tijdens de groepsmomenten vinden ze er steun bij andere chronisch zieken. Bijna de helft komt een tot twee keer per week naar een bingoavond of een filmvoorstelling. Ook zijn er haak- en andere crea-ateliers. Bovendien countert de aangeboden sociale steun depressieve gevoelens en klachten gerelateerd aan chronisch ziek zijn.
In Nederland verstrekt Suver Nuver (SN), stichting die MC-oliën met verschillende gehaltes aan cannabinoïden produceert, haar producten goedkoop aan haar leden. SN telt ondertussen ongeveer 20.000 leden en draait grotendeels op de inzet van vrijwilligers. Naast MC en informatieverstrekking zorgt de stichting voor een luisterend oor, ondersteuning en investeert ze in wetenschappelijk onderzoek.
LEES OOK: Dit is wietolie • zo kom je eraan en zo gebruik je het
Argument 5: Zieken hebben het recht om zelf te beslissen over de behandeling die ze bij een bepaalde aandoening willen volgen
Matti Haÿry, professor sociale en morele filosofie aan de Universiteit van Helsinki, betoogt dat een individu, nadat hij zich over de verschillende mogelijkheden informeerde, over de individuele vrijheid moet beschikken om zelf te beslissen welke behandeling hij wil ondergaan. Volgens hem betekent het eveneens dat een arts, wanneer MC legaal toegankelijk is, de patiënt zijn / haar keuze moet volgen aangaande het al dan niet voorschrijven van MC. Wanneer MC niet legaal verkrijgbaar is, vindt hij dat artsen de politieke verantwoordelijken erop moeten wijzen dat de situatie onethisch is en het nodige moeten doen om ze bij te sturen.
LEES OOK: Interview: “Word zelfredzaam met medicinale cannabis”
Argument 6: primum non nocere of niet-schadelijkheidsprincipe
Vanuit de medische ethiek is een arts verplicht om geen, of zo weinig mogelijk, schade aan zijn patiënt bij te dragen. Dit betekent eveneens dat wanneer hij medicijnen voorschrijft, hij begint met het minst toxische middel. Gezien de weinige kennis die de gemiddelde arts over MC heeft, gebeurt dit vaak niet. Hierdoor schendt de arts in feite het niet-schadelijkheidsprincipe.
Jezuiet Peter Clark, professor in de medische ethiek en directeur van het Institute of Clinical Bioethics aan de Saint Joseph’s Universiteit te Philadelphia stelt: “Failure to offer an available therapy that has proven to be effective would violate the basic ethical principle of nonmaleficence.” Hij vervolgt fors: “To allow a patiënt to suffer needlessly, when this suffering can be relieved, is to do direct harm to the patient”.(citaat p. 53).
Gelukkig is het tij, zeer langzaam, kerende. Zo beginnen pijnartsen in Israël geleidelijk aan hun voorschrijfgedrag aan te passen. Veertig procent van hen schrijft eerst MC bij chronische pijnen voor, eer ze de veel gevaarlijkere opioïden overwegen. Bovendien zouden veel nu uitbehandelde (pijn)patiënten door MC-gebruik een nieuwe kans op verlichting van hun lijden krijgen.
LEES OOK: Dit zijn de mogelijke bijwerkingen van medicinale wiet
Argument 7: hoogst mogelijke gezondheidsstandaard is een mensenrecht
Het recht op een zo hoog mogelijke standaard van fysische en psychische gezondheid staat uitdrukkelijk, sinds 1948, in de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens (UVRM) van de Verenigde Naties vermeld. Nadien namen nog andere conventies, zoals het Internationale Verdrag inzake Economische, Sociale en Culturele Rechten (IVESCR) deze bepaling over.
In Canada kwam Terrance Parker, een epilepsiepatient, die door de politie van de provincie Ontario betrapt werd op het telen van cannabis omwille van zijn epilepsie, voor de rechter. Na zijn beweegredenen te hebben aangehoord, besliste de rechter dat hij een vrijstelling kon krijgen voor personen die cannabis bezitten of verbouwen voor hun ‘persoonlijk, medisch goedgekeurd gebruik’.
De Canadese overheid ging hiertegen in beroep. Tijdens de beroepszaak R. vs. Parker in 2000, werd er een onverenigbaarheid vastgesteld tussen enerzijds de gezondheidsrecht van de betrokkene – zoals s.7 van de Canadian Charter of Rights and Freedoms stipuleert – en anderzijds het verbod op cannabisteelt en -bezit, dat de Controlled Drugs and Substances Act 1996 voorschrijft.
Parker kreeg na de uitspraak nog steeds een vrijstelling. Tegelijkertijd kreeg het parlement de opdracht om de wetgeving aan te passen. De hieruit volgende Marihuana Medical Access Regulations (MMAR) liet vanaf 2001 patiënten (of hun mantelzorger) toe om MC te telen, of bij Health Canada (overheidsorganisatie) te kopen.
LEES OOK: WHO verandert standpunt medicinale cannabis
Argument 8: Decriminalisering en destigmatisering van de patiënt
Vandaag worden patiënten in België niet alleen gestigmatiseerd. Ze kunnen eveneens strafrechtelijk vervolgd worden. Denk hierbij aan aanhouding, verhoor, fouillage, huiszoeking, boete, voorwaardelijk of effectieve gevangenisstraf.
Indien een volwassen patiënt in het bezit van MC betrapt wordt, wanneer zijn/haar minderjarig kind in de buurt is, kan hij zijn voogdij over het kind verliezen. Legalisering van MC zou bovendien de taak van politie en justitie verlichten en dus een besparing betekenen.
LEES OOK: Politie wil 2 medicinale wietplanten ruimen bij bejaard echtpaar
Argument 9: Vergroot de vertrouwensrelatie tussen patiënt en arts en maak MC-gebruik bespreekbaar(der)
Veel patiënten die reeds cannabis voor therapeutische doeleinden gebruiken worden door hun arts niet au sérieux genomen. Ze krijgen vaak negatief respons, waardoor ze dichtklappen en er niet meer over praten, Hierdoor kan de patiënt-arts-relatie averij oplopen. Tegelijkertijd loopt de arts essentiële informatie over MC mis.
Zoals u na het lezen van dit artikel kan vaststellen overkoepelt medicinale cannabis verschillende onderzoeksterreinen die bovendien vaak onderling verweven zijn. Graag beschreef ik na mijn argumentatie de hedendaagse lobby van Big Pharma bij de politici en ambtenaren. Ook de wankele lobbypositie van de patiënt verdient aandacht. Gezien de lengte van dit geschrift reserveer ik beide aandachtspunten voor een vervolgartikel.
Bovenstaand artikel is met toestemming van Patrick Dewals overgenomen van Dewereldmorgen.be. Lees van zijn hand ook Nieuw boek Patrick Dewals: Medicinale cannabis. Meer dan een medische kwestie, Patrick Dewals interviewt Britse neuroloog over medicinale wiet en FREE MC strijdt voor legale medicinale cannabis in België
Dewals is politiek filosoof en de auteur van Medicinale cannabis. Meer dan een medische kwestie, Garant (ISBN 9789044136364). Nadat het boek uitkwam, startte Dewals FREE MC om de onrechtvaardigheid die de illegaliteit van medicinale cannabis voor de patiënten meebrengt langs gerechtelijk weg te counteren.
U kan via de rekening van vzw WeAreSofie BE87 1030 6095 7494 of het rekeningnummer BE46 9730 8932 7536. FREE MC steunen. Vermeld aub steeds ‘FREE MC’.