Er is veel te doen omtrent het gebruik van cannabis als medicijn tegen kanker, maar voldoende wetenschappelijk bewijs over de effectiviteit ontbreekt vooralsnog. Wat echter wel vaststaat, is dat cannabis de kwaliteit van leven kan verbeteren van kankerpatiënten die traditionele behandelingen als chemotherapie ondergaan. Vijf voordelen op een rij.
Verminderen van misselijkheid en braakneigingen
Misselijkheid en overgeven zijn twee zeer bekende bijwerkingen van chemotherapie. Veel chemotherapiemiddelen (vooral cisplatine) veroorzaken misselijkheid omdat deze overtollig serotonine produceren in gespecialiseerde enterochromaffiene cellen die in hoge concentraties in het maag-darmkanaal aanwezig zijn.
Het overtollige serotonine irriteert de slijmvliezen (de inwendige bekleding) van het maag-darmkanaal en stimuleert de serotoninereceptoren (HT-5) van de nervus vagus – de belangrijkste zenuw die het parasympathetisch zenuwstelsel van het maag-darmkanaal reguleert. De nervus vagus stimuleert vervolgens de area postrema – een klein gebied in de medulla oblongata (het verlengde ruggenmerg onder de hersenstam) waarvan bekend is dat hier de braakreflex wordt opgewekt.
Cannabinoïden (met name CBD) lijken de symptomen van patiënten die chemotherapie ondergaan te verminderen door zich aan de HT-5 receptoren te binden waardoor ze de werking van het serotonine blokkeren. Cannabinoïde receptoragonisten als THC onderdrukken ook direct misselijkheid en braken door agonisering van de CB₁-receptor – terwijl antagonisten van de CB-receptoren zoals CBD zich neutraal gedragen en het juist de inverse agonisten zijn die in feite de misselijkheid veroorzaken. Dit suggereert dat zowel THC als CBD een rol spelen bij de onderdrukking van misselijkheid en braken – THC door agonisering van de CB₁-receptor en CBD door antagonisering van de HT-5 receptoren en door te voorkomen dat serotonine zich kan hechten.
Stimuleren van de eetlust
Van veel chemotherapiemiddelen is bekend dat ze anorexia (verlies van eetlust) kunnen veroorzaken, deels als gevolg van hun effect op de serotoninehuishouding. Onderzoek heeft aangetoond dat inname van cisplatine leidt tot de productie van overtollig serotonine en overprikkeling van de nervus vagus. Dit verlaagt het ghrelinegehalte, ook wel het ‘hongerhormoon’ genoemd, dat wordt afgescheiden door een lege maag. Zonder ghreline ontvangen de hersenen geen signaal dat in de hersenen het hongergevoel oproept.
Verschillende onderzoeken wijzen uit dat ghreline en cannabinoïde agonisten als THC de productie van een enzym in de hypothalamus verhogen – namelijk AMP-geactiveerde proteïnekinase (AMPK). Dit enzym is cruciaal voor de stofwisselingsprocessen die de energiebalans van het lichaam regelen en wordt geproduceerd door stimulering van de GHS-R1a ghrelinereceptoren in het maag-darmkanaal. THC kan dus in feite de taak van ghreline overnemen door deze receptoren te activeren die in de hersenen een hongergevoel opwekken.
Voorkomen van diarree
Diarree kan een bijwerking zijn van chemotherapie of bestraling, maar het kan ook een symptoom van de kanker zelf zijn, zoals bij lymfklierkanker, dikkedarmkanker, alvleesklierkanker en sommige carcinomen en neuro-endocriene tumoren. Langdurige diarreeklachten leiden soms tot uitdroging, gewichtsverlies, koorts en buikpijn. Secretoire diarree, waarbij het lichaam overtollig water en hormonen uitscheidt naar het maag-darmkanaal, is de meest voorkomende vorm die bij kanker optreedt.
Cannabinoïden verminderen de symptomen van secretoire diarree – met name Δ⁹-THC als agonist van CB₁-receptoren in het maag-darmkanaal, en ondersteunen daarmee de werking van de darm en het herstel van een normale afscheiding. Ook darmontstekingen kunnen diarree veroorzaken; en van cannabinoïden is bekend dat ze ontstekingsremmend werken.
Bestrijden van pijn
Kankerpatiënten die chemotherapie krijgen, hebben vaak pijn in de vorm van hoofdpijn, spierpijn, maagpijn en neuralgie (zenuwpijn). Veel van de pijn als gevolg van chemotherapie komt voort uit ontstekingen, hoewel ook de vorming van wondjes en zweertjes in slijmvliezen een oorzaak kan zijn. Daarnaast veroorzaakt soms ook de ziekte zelf ernstige pijn, wanneer tumoren in vergevorderde stadia door hun toegenomen omvang druk uitoefenen op zenuwen, botten en organen.
Cannabis wordt op grote schaal toegepast bij de bestrijding van chronische pijnen als gevolg van allerlei aandoeningen die zich niet beperken tot kanker. Het vermogen van cannabis om ontstekingen te remmen is van cruciaal belang bij de bestrijding van pijn als gevolg van chemotherapie. Zowel antagonisten als CBD en agonisten als THC (en de endogene agonist 2-AG) lijken ontstekingen te remmen door de werking van macrofagen te verminderen – macrofagen zijn grote, gespecialiseerde witte bloedcellen die aan de basis staan van verschillende afweerreacties.
Bovendien zijn hyperalgesie (verhoogde gevoeligheid voor pijn) en neuropathische pijn die ontstaat door beschadiging van perifere zenuwen, direct te bestrijden door gebruik van cannabinoïden. Onderzoeken geven aan dat cannabinoïde receptoragonisten als THC en het synthetische cannabinoïde WIN55,212-2 zorgen voor vermindering van hyperalgesie door tumorgroei in diepe weefsels door agonisering van de cannabinoïdereceptoren op de nociceptoren, oftewel de pijngevoelige neuronen.
Bestrijden van depressie
Depressie bij kankerpatiënten komt veel voor, maar wordt vaak over het hoofd gezien ondanks dat het de kwaliteit van leven ernstig aantast. Zonder behandeling kan depressie allerlei complicaties veroorzaken die de patiënt nog zieker maken dan hij of zij al is – bijvoorbeeld als het verlies aan eetlust bij chemotherapie nog eens wordt versterkt door de depressie. En ook een verstoorde slaap in combinatie met stress kan ernstige fysiologische effecten veroorzaken. Kankerpatiënten die antidepressiva slikken hebben naar eigen zeggen minder last van vermoeidheid, angstgevoelens en pijn.
Het is omstreden of cannabis een geschikt middel is tegen depressie, er is zowel bewijs voor als tegen deze stelling gevonden. Verschillende onderzoeken wijzen uit dat Δ⁹-THC, CBD en cannabichromeen (CBC) een antidepressieve werking hebben. Het endocannabinoïde systeem speelt een belangrijke rol bij de regulering van de stemming en in de subjectieve geluksbeleving, en in dit proces zijn endocannabinoïden als anandamide van fundamenteel belang. Sommigen denken dat bepaalde genetische variaties in de expressie van CB₁-receptoren bepaalde personen gevoeliger maken voor de stemmingverhogende effecten van cannabis.
Dit artikel is geschreven door Seshata voor het weblog van Sensi Seeds